125 2e. uiterwaarden langs de Hollandsche rivieren. 3e. hooge gronden langs de Zeeuwsche kust of in de Zeeuwsche wateren, die alleen bij de allerhoogste vloeden nog onderliepen, maar gewoonlijk droog bleven. Deze gronden stonden echter vanzelf niet op de steenrol, daar ze immers niet tot den polder behoorden. Ze behoorden oorspronkelijk tot het overambacht. Schot behoefde er dus niet voor opgebracht te worden, dijklasten ook niet, water penningen misschien hier en daar die partijen op de geest gronden, die bij de afwatering der aangrenzende polders belang hadden. Het is onze overtuiging, dat, wat Schouwen betreft, zich een zoom van ,,hey" om dit land bevond in den vorm van geest-gronden en heel hooge schorren, ook langs de Gouwe. Deze „hey" werd zooveel mogelijk intensief benut. Ze zal gediend hebben voor een beetje landbouw op de geest grond, voor weideland daar en langs de Schelde en de Gouwe, voor moerland ten dienste van de selneeringe, voor steen bakkerij (bijv. bij Zierikzee). Op die moerneeringe en dat selbernen moeten we even den nadruk leggen. In de Middel eeuwen was Zeeland de groote zoutleverancier van Neder land. De zoutbereiding en zouthandel was daar toen een machtige economische factor en het is te begrijpen, dat men de grondstof daarvoor voornamelijk ontleende aan de buiten- dijksche gronden en dat men volstrekt geen haast maakte met het inpolderen van die landzoomen. Ofschoon we er het bewijs niet voor hebben, tenminste niet het directe bewijs, zijn we overtuigd, dat men bij inpolderingen zulke zoomen opzettelijk vormde door den dijk ver achteruit te leggen. Het is nl. opmerkelijk, dat 1500, dus omstreeks den tijd dat het moeren verboden werd, tal van die smalle randpolders zijn ingedijkt. Zoutindustrie en zouthandel bestond bijvoor beeld te Reimerswaal, Bergen-op-Zoom, Tholen, Scherpenisse, St. Maartensdijk, het Borselsche Monster, Zierikzee, Vlis- singen. Axel enz. enz. Die Zouthandel was het ook, die de vorsten er toe bracht, aan tal van kleine plaatsen tolvrijheid te verleenen, zoo bijvoorbeeld St. Maartensdijk in 1357. Ook werd ongetwijfeld de grond van de „hey" gebruikt om er Archief 1938 8

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1938 | | pagina 193