XV
middelmatige tot korte, breed gebouwde gestalte, een type
dus, zooals men onder de tegenwoordige bevolking van Zee
land nog vaak ontmoet. In J. de Vries c.s. 'Volk van Neder
land' (Amsterdam 1937) vertoonen afb. 19 'Jonge boer van
Walcheren' en de gekleurde plaat bij p. 168 'Zuid Beveland,
Protestantsche jonge vrouw' duidelijk het Alpine type.
Groepeert men de door J. C. de Man, Sasse Vader en Zoon,
Bolk, de Pauw 6 Jacques gepubliceerde schedel-indices volgens
de recente methode van Ariëns Kappers (zie tabel biz. XVI),
dan blijkt, dat de Zeeuwsche Alpinen behooren tot de groote
groep der rondhoofdige rassen, die van Toerkestan tot in
Engeland wonen en die Kappers (1935, Kon. Acad. v. Wet.
Amsterdam, Proceedings 38, 989) Neo-Aziatisch noemt, in
tegenstelling tot de Palaeo-Aziatische schedeltypen, waartoe
het Noordsche ras behoort beide groepen zijn waarschijnlijk
in Azië ontstaan, de Palaeo-Aziatische groep eerder dan de
Neo-Aziatische.
Zooals bekend, komt het Alpine of 'ostische' ras, behalve
in Zeeland, ook talrijk voor in Waalsch België, Bretagne,
Auvergne, Zwitserland, Elsasz, Baden, Beieren en Oostenrijk.
Waarschijnlijk verschillen de menschenrassen niet slechts
in lichamelijk, maar ook in geestelijk opzicht en zijn lichame
lijke raskenmerken met een min of meer bepaalden psychischen
aanleg verbonden. Een uitgebreid statistisch onderzoek naar
de geestelijke eigenschappen der menschen van Alpien ras is
nog niet uitgevoerd en bijna alles, wat men over hunne
karaktertrekken leest, berust op intuïtieve indrukken.1) Ver
schillende schrijvers roemen de Alpinen als rustig, werkzaam,
zuinig en volhardend. In de maatschappij zijn hunne ge
dachten meer op het practische leven en hunne naaste familie
dan op verre en verheven idealen gericht. Aan hun godsdienst
zijn zij zeer gehecht zoowel katholieke als protestante
1Leest men, wat P. J. Meertens in 'Nederlandse Volkskarakters'
(Kampen 1938) over de Zeeuwen schrijft, dan krijgt men den indruk,
dat onder deze bevolking van gemengd ras vele Alpine karaktertrekken
bewaard gebleven zijn.
