16
H(endrik) van Borssele v. d. Vere, als bedijker der Vliet
en Kortegene.
Nog een bastaardbroeder van Wolfert I, nl. Jan Mulart,
gaan we overigens stilzwijgend voorbij (vermeld met Wolfert
en Raes, ook een bastaard bij v. d. Bergh II. Oorkonde 934).
Begrijpelijkerwijze evenzoo de broeders uit 't 1ste huwelijk van
Wolfert I, afgezien van den kinderloozen (2den) Hendrik,
Heijlwijf, echtgenoote van Gerard van Voorne en Cibilie,
idem van Jan van Culenborgh, vooral Florens (gehuwd met
Elisabeth), Vranck en Claes, die meermalen afzonderlijk of
gezamenlijk (ook met Wolfert II) voorkomen i) (zie van
Mieris II en de „Reg. HannonensiaMaar niet passeeren we
zoo maar Claes (f 1357), tijdgenoot dus van Wolfert II en III
van den Veerschen tak, ja nog even van Wolfert IV. Welnu,
deze Claes, kleinzoon van den stamhouder van Veere (bij de
oudere schrijvers geldt Hendrik als eerste der heeren van
Veere, waar de latere die lijst met Wolfert I beginnen vgl.
Navorscher XV 215 en zie ook beneden) zou het aanzijn
gegeven hebben aan van Borssele-Brigdamme. Maar het is
Mr. Meerkamp van Embden geweest, die er mijn aandacht
op vestigde, dat de gangbare meening, alsof deze Claes van
Borssele heer van Brigdamme zou zijn. onjuist is. In een
1Over den laatste en zijn gelijknamigen zoon en opvolger, mede
reeds vermeld, nog te raadplegen H. van Wijn, „Onderzoek naar den tijd
van Wolfaard den Tweeden en Derden, Heeren van Veere uit den huize
van Borssele etc." (Middelburg 1837ook afz. verschenen in N. W.
Z. Gen. I). Van de bovenaangeroerde huwelijken van hun vader en
grootvader, Wolfert I, verwijs ik naar Obreen, Ned. Leeuw 1927, 296
voor diens 2de vrouw zie, behalve „Floris V" van denzelfden, (bl. 115),
de Nav. 1913, 318319. Te vergelijken met bruin, Verspreide Geschriften
VI, 4849. Het moet Wolfert III zijn (f 1351), over wien ook, vooral
in verband met „de zorgen van den Verbeider" meermalen bij Waller
Zeper „Jan van Henegouwen, heer van Beaumont" (zie reg.) dien van
Riemsdijk, „Tresorie en kanselarij der graven van Holland en Zeeland"
bl. 97, op het oog heeft, als hij hem opgeeft als vermeld 13 April 1341,
zegelaar van Willem IV, die ook diens vader Willem III gediend heeft,
aldaar bl. 392. Op het huwelijk van bovengenoemden Claes van Borssele
met Jenne (niet Sibilla) van Sandijck en van Zevenbergen, ontleend aan
het bl. 10 aangehaalde ms. Ruijsch de Bruin, heb ik hier geen gelegenheid
meer terug te komen, doch mogelijk wel in mijn onder handen zijnde studie
over het geslacht Naaldwijk.