108 ook de verlanding van de Striene zoo erg geworden, dat de vaart niet meer te houden was. Er zijn in Oud-Schakerloo, dicht bij het Steenen Kruis nog overblijfselen van een spui- inrichting en men meent in een holle, lage weg in de 1500- gemeten polder nog het Spuikanaal van dit spui naar de Striene te zien, waarin ook een molen werkte en waarschijnlijk heeft men daarin een inrichting te zien, die gediend heeft, om de Striene nog vooveel mogelijk diep te houden, daar men anders niet begrijpen zou, wat die inrichting daar zou moeten beteekenen. Men meent het ook op te maken uit den naam Molenvliet, die de Striene hier gedragen heeft en het binnendijksche water nog draagt en ook een hoeve, die daar nog altijd ligt. In elk geval heeft het niet geholpen en de polder werd ingedijkt. Dit zal het afstaan van het gebied door Hendrik II aan graaf Willem vergemakkelijkt hebben, te meer daar hij den tol op een andere plaats gemakkelijk wist te vervangen. Het gebied Scakersloo (Schakerloo) was door den hertog van Brabant tusschen 1220 en 1248 aan Zeeland afgestaan. De Striene was steeds meer verland en in aan sluiting daarmee de Eendracht dieper geworden. De hertog vestigde nu een nieuwen tol aan den Brabantschen kant van de Eendracht, nd. de tol van Vosvlieterhille, die, zooals uit tal van charters en vooral uit het Antwerpsche archief, blijkt, het beginpunt der 7 geleidingen was langs de Brabantsch- Zeeuwsche grens, het begin dus van den bekenden Brabant schen watertol. Omstreeks dien tijd is toen de geregelde vaart door het zuidelijke deel van de Eendracht naar de Schelde ontstaan en heeft de Hollandsche graaf den tol daarlangs gevestigd, zoodat Tholen om zoo te zeggen, den tol nu over een ander stroom gedeelte moest heffen, maar nu voor den Hollandschen graaf, terwijl Brabant aan de oostzijde van de Eendracht een nieuwe tol vestigde. Dat het zoo wel geweest zal zijn, blijkt, meenen wij, ook uit het charter van 1248 aan Hendrik Buffel, waarin gezegd wordt, dat het leen Scacersloo zich uitstrekte tot den Bocklenberg. Dit woord Bocklen kan, dunkt mij. niets anders zijn dan het bekende woord bokelin. een verkleinwoord van boken baken) en dat dus bakentje betee-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1939 | | pagina 164