115
IV. De buitenstad van Tholen.
We weten, dat de dijk van de 1500-gemeten midden
door het stadje Tholen liep. Hij begon daar, waar nu de
gasfabriek staat en de tegenwoordige Hoogstraat, (die in
de 16de eeuw verlaagd en genormaliseerd is en de Kromme
Elleboog tot de Verbrande Straat zijn deelen van dien
dijk, die verder langs de Verbrande Straat en langs de
vroegere Noorderpoort zijn aansluiting vindt op den dijk van
Molenvliet, Deze dijk of Hoogstraat verdeelde van ouds het
stadje Tholen in de Binnenstad en de Buitenstad. We laten
nu het deel. dat Nieuwe Stad heet en er bijkwam door de
indijking van den polder Dalem in 1364 buiten beschouwing,
daar dit na 1350 valt.
Waarom heette een der stadsgedeelten de Buitenstad'"
Twee opvattingen zijn mogelijk, 1°. het is een stadsgedeelte,
dat, zooals bij zooveel plaatsen, pas heel laat bijgegroeid is, en
toen pas binnen de omwalling werd opgenomen, 2°. het is een
stadsgedeelte dat reeds vroeger bestond, dan het binnen den
polderdijk gelegen deel, maar den naam alleen ontving, omdat
het buitendendijk lag. We zullen nu trachten aanneme
lijk te maken, dat de tweede meening de juiste is, die dan
aansluit bij de conclusies in de vorige hoofdstukken, ver
kregen en die dus zekerder maakt en ze ook nader belicht en
karakteriseert. Hiertoe is een langere uitweiding noodzakelijk.
Na den ambachtsheer Hendrik I Buffel kwam Hendrik II
Buffel. Deze kreeg in 1290 tolvrijheid voor zijn dorp, ,,dat heet
Tholen of Hardestock en dat ligget in Schakersloo" en wel
van Floris V, terwijl hij in 1292 eveneens tolvrijheid verkrijgt,
nu op Honte en Schelde van den hertog van Brabant, toen
Jan I. Het dorp. dat trouwens in 1253 ook al zulk een charter
gekregen had van Zwarte Griet en Guy van Vlaanderen,
had dus toen al wat handel, waarschijnlijk visch-, moer- en
zouthandel, zooals alle Zeeuwsche rivierplaatsen en met de
zelkasch zal dat, wat we nu noemen de buitenstad, wel zijn op
gehoogd, daar dit bij grondonderzoek blijkt. Deze Hendrik II,
Buffel, gaat in 1296 met Jan van Renesse, Dirk II van Brede-
rode en den burggraaf van Leiden samen naar Engeland, om