117 heer van Aerschot bekend staat, bleef heer van Tholen tot zijn dood in 1356 hij had in Tholen zijn „huys" en woonde daar gewoonlijk als hij in Zeeland verbleef. In 1319 verkreeg hij ook veel goederen in Poortvliet, dat wel onmiddellijk onder den graaf stond, en dus niet verleid werd, noch mocht worden, maar waarvan sommige onderdeelen toch als leenen verleid werden, zooals dat ook vaak met molens, het schoolambt enz. in Hollandsche en Zeeuwsche steden, dus ook met onderdeelen, is geschied. In zijn tijd schijnt Tholen flink vooruitgegaan te zijn en hij heeft getoond veel voor de stad te voelen. Hij ver schafte de kerk althans de middelen tot het stichten van een kapittel van 9 kanunniken en voorzag de plaats van wallen en poorten, terwijl hij zijn kasteel aldaar in 1343 geheel liet ver nieuwen, wat wel een bewijs is, dat het toen al betrekkelijk oud was en dus wel niet lang na de indijking in 1255 zal zijn gebouwd, want het stond niet ver van de Noorderpoort en in den 1500-gemeten-polder. In die 14de eeuw is ook wel het stadhuis gebouwd, dat in zijn geheelen bouw en met zijn tinnen en zijn karakter van verdedigbaren regeeringsburg een heel ouderwetschen indruk maakt en gebiedend terugwijst naar tijden van voor 1400. Nu is het over den bouw van de stad na de ommuring, dat wij juist willen praten. Er kwamen toen zeker drie, misschien vier poorten n.l. de Zuiderpoort, de Oudelandsche poort, de Noorderpoort en misschien de Water poort. De mogelijkheid is niet uitgesloten, dat deze laatste poort er toen al was, omdat de Brugstraat naar deze poort, die dan ook toen al een brug moet gehad hebben, toe liep. Beziet men nu den tegenwoordigen plattegrond van de plaats, dan merkt men, dat op dit oogenblik de geheele buitenstad is volgebouwd, verder ook de Hoogstraat (de dijk van den 1500-gemeten-polder) en daarop uitloopende en naar omlaag den polder ingaande de Stoofstraat en de Kerkstraat, beide uitloopende op de Markt, die gelijkvloers met den polder ligt. De huizen aan de oostzijde van de Markt maken een steedschen. die aan de westzijde van de Markt een dorp- schen indruk. Naast dit Marktplein, noord ervan ligt het plein met de mooie, Gotische Lieve Vrouwenkerk, ook gelijk-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1939 | | pagina 173