127 in 1202 Dirk VII het leenheerschap van Hendrik I over een groot deel van Holland ten Z. van Dordrecht), wordt door graaf en burggraaf in Poortvliet een sterke burg gebouwd en juist daar, omdat het toen het grensgebied was met Brabant en men van uit het Zuiden daar gemakkelijk ook in Holland kon komen en omgekeerd ook van hieruit gemakkelijk in Zeeland Bewesten-Schelde. Bonne was toen als het ware een vooruit geschoven post. een bruggehoofd tegen de twee grensge westen en als verdedigingspunt van onschatbare waarde. Veel belangrijker juist van 11501214 dan bijv. Zierikzee, dat voor Brabant volkomen beveiligd lag. Vandaar, dat we als zeker kunnen aannemen, dat de castellanus van Zeeland daar en niet elders zijn burch had en ook wel gezorgd zal hebben, dat de boerenbevolking hier zich in den wapenhandel oefende.Geen ambachtsheer mocht hier tusschen den graaf en de bevolking zijn, er werd direct contact vereischt. Toen later Tholen ook aan de graven kwam en langzamerhand de verhouding met Brabant voor geruimen tijd véél beter was, veranderde de po sitie van ..Bonne'' aanmerkelijk. De graven schijnen dan aan de versterking van Tholen en Zierikzee meer aandacht, dan aan die van Bonne" te gaan wijden. Intusschen had Nijvel zijn bezitting „Bonpe" overgedaan aan Ter Does, dat er al vroeg het vroon-meyersysteem verving door het pachtsysteem. In 1237 schonk de burggraaf deze pachters het stadsrecht als eersten in Beoosten-Scheld. Dit is er een aanwijzing voor, dat Tholen toen nog niet aan Holland was overgegaan. Doch hij verbond daaraan, al noemt het charter dat niet, dat zi| in tijd van oorlog de tent van den graaf van Holland zouden verdedigen. Hiertoe dienden ook, zooals we weten, de mannen van Leiden, ook onder een castellanus, n.l. den burggraaf van Holland, meestal een Wassenaar. De lijfwacht van den Hollandschen graaf bestond dus uit een Zeeuwsch en een Hollandsch contingent. We wijzen hierbij ook nog op de kerk van Poortvliet en op de oorspronkelijke kerk van Leiden, de zoogenaamde Hooglandsche Kerk, die beide aan St. Pancras waren gewijd. S. Pan-cratius, de al-geweldige, patroon van de dappere mannen, die zulk een belangrijke militaire positie

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1939 | | pagina 183