28
dat het dus volstrekt noodig is te bepalen op welk eene wijze
het regt en de verpligting bovengenoemd in het toekomende
zullen worden uitgeoeffend, te meer daar bij gebrek aan de
eene zijde het gezag der vergaderinge miskend en van eenen
anderen kant ongeregeld gehandhaafd zou kunnen worden, na
gehoord te hebben het rapport der commissie in eene vorige
zitting benoemd, besluit
,,1°. hetzelve zal provisioneel, immers gedurende den tijd
van drie jaren, aanvang genomen hebbende met den eersten
Junij dezes jaars, verblijven bij de kerkmeesteren of leden
der administrative commissiën, thans in bediening zijnde ook
deze laatsten zullen even gelijk de eersten den naam en titul
voeren van kerkmeesteren,
„2°. het getal van dezelve voor elke parochiekerk wordt
bepaald op drie personen, die onder zich jaarlijks na het af
leggen der- rekening, waarvan hierna gehandeld zal worden,
cenen voorzitter verkiezen zullen,
,,3°. na afloop van de drie jaren, hierboven artikel 1 ver
meld, zal er jaarlijks een der drie kerkmeesteren aftreden,
voor de eerste en tweede maal zal de aanwijzing door het lot
geschieden, verder zal de oudste in dienst telke jare uitvallen,
,,4°. de afgaande kerkmeester zal kunnen herkozen wor
den de verkiezing van dezen of van eenen anderen geschiedt
bij de consistoriale vergadering en wel uit een dubbeldtal,
door de in dienst zijnde kerkmeesteren zamen te stellen en
aan dezelve vergadering aan te bieden in hare gewone zitting
van Julij. Het bestuur der goederen zal blijven plaats hebben
op de tot hiertoe gebruikelijke wijze, immers zoolang men niet
genoodzaakt zal worden op hoog bevel daaromtrent verande
ringen in te voeren. Dan ten aanzien van alle zoodanige onder
nemingen, herstellingen, vernieuwingen als anders, waaruit
eenige buitengewone of te voren niet bekende bezwaren, van
welken aard dezelve ook wezen mogten, zouden kunnen ont
staan, zijn kerkmeesteren gehouden vooraf de consistoriale
vergadering te erkennen en niet dan op goedvinden en last
van dezelve te handelen, zijnde evenwel deze bepaling alleen
toepasselijk op buitengewone uitgaven van tweehonderd
