10 samenstellingen zijn, wat wel niemand zal beamen. We zien n.l. het woord ,,hayman" het eerst verschijnen in den vorm ..hoymanne" in een Latijnsch charter van 1220, maar natuur lijk is het toen uit de Zeeuwsche spreektaal overgenomen, waarin het al lang bestond. Dit blijkt duidelijk hieruit, dat men er feitelijk geen Latijnsch woord voor wist. Het element „man" in het woord, indién het van Franschen oorsprong zóu zijn, was dus in de periode van voor 1220, d;an allang door het Zeeuwsch van dien tijd geannexeerd, en een echt Dietsch woord geworden, waarvan dus de Fransche afkomst door haast niemand zal zijn geweten, zoodat het gemakkelijk in samenstelling kon treden met het Germaansche element „hay", net als bij de 3 bovenstaande woorden ook een Romaansch en een Germaansch element, zonder dat een bastaardvorming ontstond, samensmolten. Wel dateeren deze woorden als samenstelling uit een veel latere periode, maar voor het ver schijnsel zélf is dit niet doorslaggevend. Is het element „man" van Fransche origine, dan is dus ongetwijfeld lang voor 1220 de samenstelling „hayman" al ontstaan in de spreektaal, toen het woord „man" al volkomen als een Dietsch woord werd opgevat. In dit verband moet over de uitdrukking van Dr. T. „een woord met zoo n eerbiedwaardigen ouderdom" ook nog iets gezegd worden. Bedoelt hij hiermee „een woord reeds uit oud-Germaanschen tijd dateerend" dan zou hij dit eerst moeten bewijzen is zijn meening „een woord reeds in de spreektaal lang voor 1220 gebruikt" dan hebben we er vrede mee, maar moeten dan onmiddellijk opmerken, dat het volstrekt niet vreemd zou zijn, dat het element „man" in die periode uit het Fransch zou zijn overgenomen, want na 1200 verschijnen er, en in steeds grooter aantal, charters, gedichten en ridder romans in het Dietsch. die van verdietschte Fransche woorden of van woorden met verdietschte Fransche achtervoegsels wemelen. Dit komt geheel overeen met de groote rol, die Frankrijk in cultureel opzicht voor 1200 speelt, vooral in den tijd van Philips en Diederik van den Elzas en Philips August, maar ook al lang daarvoor. We achten ons ontslagen van

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1940 | | pagina 50