24 en gaat men m.i. in verkeerde richting werken. Het is onze stellige overtuiging, dat Dr. T. dit gedaan heeft, al spijt het ons ten zeerste dit te moeten zeggen van dezen deskundigen geleerde, die zooveel voor de geschiedenis van ons gewest heeft gedaan. We vinden het ook niet erg, want wij zoeken in dezen allen gemeenschappelijk naar de waarheid en zullen in deze „hayman-kwestie" allen wel onze verdiensten hebben en ook allen wel eens iets beweren, dat we later terug moeten nemen. Maar welk doel werd ooit zonder struikelen bereikt Voor we nu in ons betoog verder gaan, moeten we eerst spreken over de mededeeling van Dr. T.. gedaan onderaan blz. 77 en bovenaan blz. 78 van het Archief 1939, waar hij nog eenige vondsten mededeelt, die, naar hij meent, zijn op vatting van het woord „man" komen bevestigen. Hij noemt dan het woord uit de Neder-Betuwe „mente", ,,lage landen, die veelal tot hooien gebruikt worden", en het Veluwsche woord voor land bij Harderwijk, dat de .Oostergemeente" of „Oostermeher" (d.i. „meen") genoemd wordt. Verder merkt hij op, dat „meente" in het Oud-Engelsch is „gemaene". waarvoor men in samenstellingen ook „man(e)" aantreft Manwood, Manefeld, Menford, Maneweade, le Manewey Deze vondsten zijn zeker op zich zelf beschouwd hoogst merk waardig en we kunnen Dr. T. niet dankbaar genoeg zijn, ze te hebben ontdekt, maar we achten het zoo goed als zeker, dat ze niets te maken hebben met het tweede lid van ons ,,hay- man". Wij meenen stellig, dat ze met „man" in „hayman" niet identiek zijn, ofschoon de uiterlijke 1vorm het tegendeel zou doen vermoeden. We zullen dit nu aantoonen. Dr. Tack had niet op Gelderland of Essex behoeven te wijzen en om zoo te zeggen wat dichter „bij honk" kunnen blijven, want in 1318 spreekt de rentmeester van Zeeland- Beoosterschelde over een gebied bij Poortvliet en noemt dit de „Menreweyde", terwijl in 1325 graaf Willem III dit zelfde gebied als de „Meeneweyde" aanduidt. Verder blijkt uit bldz. 1Inzonderheid van de Engelsche woorden, maar de spelling daarvan kan op dwaalwegen voeren

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1940 | | pagina 64