2
houden. Binnen deze historisch nog altijd voorname landstad
was de geneeskunde, zeer bijzonder gedurende de 19de eeuw,
uitstekend vertegenwoordigd geweest. De ligging der stad
(tot 1914 van de andere provinciën uit alleen per boot of
spoor, maar niet langs een straatweg te bereiken) mocht in
enkele opzichten remmend hebben gewerkt, echter niet op de
wetenschappelijke belangstelling en de maatschappelijke in
zichten harer geneeskundigen. Deze omstandigheden waar
borgden voor het onderzoek een voldoend geschakeerd en gaaf
historisch gegeven, bovendien door overzichtelijke afmetingen
voor bestudeering toegankelijk.
Omstreeks 1900 bestond te Middelburg al sinds verscheidene
jaren een evenwicht van krachten tusschen den wetenschappe-
lijken drang naar maatschappelijke verbeteringen van de zijde
der geneeskundigen en de waakzaamheid van verschillende
besturen daartegen. Het was alsof onder de geneeskundigen
vermoeidheid was ontstaan na den langen en veelbelovenden
aanloop gedurende de tweede helft der 19de eeuw.
Omtrent dien aanloop worden wij uitstekend ingelicht door
het geschrift, verschenen ter gelegenheid van het 50-jarig
bestaan van de Vereeniging van genees- en heelkundigen in
Zeeland, een onderdeel der Nederlandsche Maatschappij tot
bevordering der Geneeskunst1). Wat al commissies, onder
zoeken en rapporten op allerlei gebied In het bijzonder scheen
de werklust van enkele Middelburgsche voormannen onbe
dwingbaar. Het werk door mannen als A. A. Fokker, C.
de Man, J. P. Berdenis van Berlekom, J. C. Bolle, en tal van
anderen als hun medewerkers, tusschen de jaren 1848 en 1890
verricht, was even veelomvattend als veelzijdig.
Wij noemen hier de oprichting van een ziekenfonds te
Middelburg (1848, een verre voorlooper dus der latere
Maatschappij-ziekenfondsen), de stichting eener afdeelings-
1) Ter herinnering aan het vijftigjarig bestaan van de Vereeniging
van genees- en heelkundigen in Zeeland. Middelburg, 1898.