27 het onderwijs te bewerken 1). Van een poging daartoe en het succes daarop leest men in de notulen van de vergadering der Gecommitteerde Raden van 14 Maart 1582. Op dien dag besloten de Raden, dat van de schoolordening, die hun namens de classes van Zeeland ter hand was gesteld, copieën gemaakt zouden worden 2). Ieder der Raden zou er één aan den magistraat van zijn stad overgeven en den heeren vragen daarover een rapport uit te brengen. Tevens werden de Staten beschreven op 10 Juni 1582 om op één der daarop volgende dagen een besluit te nemen 3). Den 15den Juni kwam het concept ter tafel om echter ook weer spoedig daarvan te verdwijnen, want de heeren arres teerden zelf niets, maar verzochten aan de Gecommitteerden en aan de afgevaardigden van Middelburg zich daarmee te willen belasten. En zoo kwamen op 9 Augustus 1582 de Ge committeerden en de afgevaardigden der hoofdstad bij elkaar om de ordonnantie vast te stellen. Zij waren er spoedig mee klaar. De raad Teelinc overzag haar nog eens vlug en stelde ze ook in geschrifte. Zoo kon ze reeds den 11 den Augustus aan Wet en Raad van Middelburg ter kennismaking worden toegezonden. Daarna werd ze nog met gelijk doel aan den magistraat van Goes aangeboden. Het afkondigen van de or donnantie bleef echter achterwege, en zoo zal het zeker nie mand verwonderen, dat op 12 November 1582 drie predi- 1Hij voldeed trouwens daarmede ook aan het gebod der Nat. Synode van Dordrecht in 1574,,Soo de Dienaers iet van desen ver- haelden dinghen (de hervorming van het onderwijs) van den Overheyt niet vercryghen en conden soo sullen sy het der hooghe Overheyt by requeste verclaeren ende de saecke voortdryven". Zie Rutgers, a.w. bl. 155. 2) Dit merkwaardig concept van „schoolordeninghe om de joncheyt godtzalichlijck ende nuttich te onderwysen" is door R. A. Piccardt ge publiceerd in ,,De Oude Tijd" van 1869. Hij zette onder den titel „(Vastgesteld door de Staten van Zeeland) 10 Junij 1582". Het bleek reeds, dat dit een vergissing is, en het zal ook verder nog duidelijker blijken. 3) Omdat de predikanten daarvan geheel onkundig bleven, kwamen op 9 Juli gedeputeerden van de classis Walcheren in de vergadering van de Gecommitteerden om te vragen, wat op hun verzoek was gedaan. Nadat hun het besluit van 15 Juni was meegedeeld, gingen zij te vreden heen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1941 | | pagina 59