48
slotte de Paardemarkt het Zwin bijna geheel afsluit Blaeu
beschrijft de Paardemarkt als ,,een sant dat van de Oosthoec
van 't Sluyse gat affschiet (en heel steyl is)
Omstreeks het midden der 1 7e eeuw verzorgt Dirck Davidsz.
een nieuwe opneming x). Voor het eerst treffen we hierop de
vlakte Schoonevelde aan. Verschillende auteurs zien in een
bank Schooneveld het overblijfsel van een voormalig eiland
van dien naam, dat in historischen tijd nog in den Schelde-
mond zou hebben gelegen. Het komt voor op geheel onbe
trouwbare kaarten, die voorgeven Vlaanderen af te beelden
zooals het was ten tijde van Graaf Guy van Dampierre (c.
1280) 2), maar die niet anders zijn dan reconstructiepogingen
uit veel lateren tijd 3).
Ook de buitenbanken zijn op de kaart van Davidsz. volle
diger aangegeven. Tot dusver hield de figuratie al op met de
Steenbank en de Oosterbank, nu vindt men daarenboven de
Smal Banck, de Witte Banck en enkele ongenoemde. Ook de
geulen en diepten zijn meer van namen voorzien. Wat figu
ratie betreft valt op dat het Hart Sandt, langs de Vlaamsche
kust, zich met de Paardemarkt heeft verheeld, aldus slechs
een heel nauwe doorgang latend voor het Zwin terwijl de
Heystbank (Innerbanck, Engelsche Pol) neiging vertoont zich
iets naar binnen te verplaatsen.
Op de nu volgende kaart van Van Keulen4) is dat nog
beter te constateeren. Binnen de Heystbanck heeft zich nog
weer een klein bankje in de Wielingen vastgezet om naar
Vlissingen te zeilen mag men er echter tusschen door looden.
1Kaart van de Zeeuwsche en Vlaamsche kusten door Dirck Da
vidsz., ca. 1640. Deze kaart komt o.a. voor in den atlas van Jacobus
Robijn a° 1682 (A.R.A., den Haag, inv. Leupe no. P).
2) Verschillende éxemplaren hiervan op het A.R.A., den Haag, inv.
Hingman, nos. 2762/4.
3) Schooneveld, met recht een Schoon Veld ondiepten, gevaarlijk
voor de scheepvaart, liggen er niet. Vgl. de beschrijving door J. C. M.
Warnsinck in diens werk De Ruyter en de zeeslag op Schooneveld
('s-Gravenhage, 1930, p. 41/2).
4) Paskaart van de kusten van Zeeland uitGroote Lichtende Zee
fakkel van Joh. van Keulen, 1680 (Atlas Zeeuwsch Gen., Cat. Unger I
no. 181).
