41 toepasselijke muziek hooren, dat op kosten van het raadslid Jacobze was ontboden, en hield de Rector een redevoering, getiteld ..Over de ongenoegzaamheid van de rede". Daarna werden aan het orkest ververschingen aangeboden en ook in het Raadhuis, na de promotie. De collecte liet men ten behoeve van de kerk. In het volgend jaar (13 April 1805) deed Renier aan de raadsleden gedrukte exemplaren van zijn bovengenoemde redevoering toekomen. Daarbij bevond zich één fraai gebon den deeltje voor de Stad ,,tot een gedachtenis van het door Ulieden herstelde Gymnasium", zoo drukt Renier het uit. De Rector werd door den Raad bedankt en men besloot het boek ,,in de Stadsbibliotheek te seponeeren" waar het nog heden berust. De volledige titel luidt Redevoering over de ongenoegzaamheid van de rede, ter vervulling van de dringendste behoeften van den mensch, blijkbaar uit de schriften van de beroemdste wijsgeeren onder de oude Grieken en Romeinen uitgesproken op den XVIII van Herfstmaand MDCCCIIII bij gelegenheid van de openbare promotie van de Latijnsche Schooljeugd, door Jacobus Renier, Predikant der Nederduitsch-Hervormde Gemeente en Rector der Latijnsche Schoole te Vere. te Dordrecht, bij A. Blussé Zoon MDCCCV. Om „gewichtig redenen" is de redevoering niet, zooals toen gebruikelijk was, in het Latijn opgesteld. Waarschijnlijk konden te weinigen van de aanwezigen gesproken Latijn volgen. De gedachten, die Renier in zijn geschrift te berde brengt, zijn weliswaar niet oorspronkelijk de schrijver volgt den redeneertrant en de probleemstelling van de 18de eeuwsche denkers en verwijst veelal op R. Cudworth, Systema intellectuale hujus universi maar toch blijkt uit het groote aantal aanteekeningen, aan de redevoering toegevoegd, dat hij een grondige studie gemaakt heeft van zijn onderwerp. Zijn doel is te onderzoeken, in hoeverre de oude wijsgeeren. slechts geleid door het licht der Rede, de Christelijke geloofs waarheden hebben kunnen ontdekken. De schrijver komt tot de conclusie, dat de Rede, aan zich zelf overgelaten, grooten- 1) Notulen van den Gemeenteraad van 13 April 1805.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1943 | | pagina 57