45 Het oude Latijnsche lexicon van Petiscus wordt vervangen door dat van Scheller. Behalve in de klassieken wordt verder nog onderricht ge geven in de oude en nieuwe aardrijkskunde, de Romeinsche en plaatselijke oudheden, in de mythologie volgens het compendium van Dam. Over de gevolgde methode lezen wij het volgende „deze bestaat in eene duidelijke en klare onder- wijzinge, gepaard met die bekwaamheid om jongelingen te instrueeren naar hunne vatbaarheidBedienden heeft de school niet, evenmin eigendom. De lessen worden gegeven bij den Rector aan huis. Er zijn geen fondsen ter betaling van de onkosten deze worden betaald uit de stadskas. Over boekverzamelingen beschikt men niet „dit is een voornaam deficit, 't welk alhier plaats heeft", zegt het rapport. Hulp middelen voor onvermogende leerlingen zijn er niet. Het stuk eindigt met den wensch „dat onze diep verarmde stad eeniger- mate uit deszelfs betreurenswaardig verval hersteld moge worden, hetwelk ongetwijfeld van eenen gewenschten invloed zijn zoude, om den kwijnenden staat van eene school, welker instandhouding wij van harte wenschen, te doen herleven". Gedurende den Franschen tijd moet de school verloopen zijn. hoewel het instituut niet opgeheven werd. Pas in 1816 wordt het Gymnasium weer in de notulen genoemd l). Daar de school nog bestaat „en thans wederom in werking is", wordt voorgesteld om het College van Curatoren, dat slechts twee leden telt, aan te vullen. Tot Curator werden benoemd Johan Adam Fredenbergh, burgemeester der Stad, en ds. Abraham Dirk de Ligny, predikant der Herv. Gemeente te Veere. Het volgend jaar2) brengt de President-Burgemeester rapport uit „over het afgelegde examen in de Latijnsche en Grieksche talen door den jongeling A. Renier, welke als zoodanig door Heeren Curatoren met een loffelijk testimonium naar 's Lands Hoogeschool te Leiden stond bevorderd te worden". De Burgemeester wees er op, dat het voegzaam was. „dat de gemelde loffelijke jongeling alvorens in het open- duitsch. De editie in het bezit van het Gymnasium te Middelburg is van 1797 (Leyden. - Balck, Collectio scholastica ex optimis et probatis- simis scriptoribus Graecis selecta. Leovard. 1731. 1762. Als leerboek voor het Grieksch diende Struchtmeyeri Rudimenta linguae Graecae. J. C. Struchtmeyer (1698- 1764) bekleedde in verscheidene plaatsen het con- rectoraat (in 1725 te Middelburg) en het rectoraat in 1730 werd hij hoog leeraar in Harderwijk. Zijn bekende leerboek werd herdrukt in 1784, 1808 en 1826. 1Notulen der Resolutiën, genomen bij Burgemeesters en Raden der stad Veere, 30 Aug. 1816. 2) Ibid. 6 Sept. 1817.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1943 | | pagina 61