XIV
timgen der Welt in Sprache, Mythus, Religion, Philosophie
und Wissenschaft zum Gegenstand haben, nennen wir Geis-
teswissenschaften", aldus Erich Rothacker in het Handbuch
der Philosophie1).
Deze groep, zoo innig vervlochten met het leven van haar
tijd, tracht den menschelijken geest in de verschillende stadia
van zijn ontwikkeling, in steeds weer andere systemen, op
wetenschappelijken vorm te brengen. Het is een boeiend
schouwspel, vooral bij jongere wetenschappen, zooals socio
logie en oeconomie, op te merken hoe telkens nieuwe gezichts
punten een kring van gelijkgezinden rond zich weten te ver
eenigen, hoe school na school zich vormt die, ieder een eigen
onderdeel van het gemeenschappelijk probleem de centrale
plaats inruimend, er alle naar streven een bepaald gebied
van menschelijk leven, zoo volledig en nauwgezet mogelijk,
in een net van begrippen te vangen. Hoe fel hun onderlinge
strijd ook dikwijls moge zijn, hoe puntig en scherp de argu
menten over en weer, toch blijft in al die tegenstellingen het
bindend element praevaleeren, totdat het leven zelf de oude
doelstellingen omverwerpt, de vroegere idealen met minach
ting terugwijst en nieuwe goden in de harten der menschen
opricht. Dan wordt de kloof met het jongste verleden zóó
breed, dat de vertolkers van de nieuwe leer geen begrip, geen
piëteit meer toonen voor wat een oudere generatie in heiligen
eerbied bezielde. Dat dit geen rhetorische zinswending is, zal
ieder, die met aandacht de wetenschappelijke literatuur der
laatste tientallen van jaren heeft bijgehouden, mij toestemmen
persoonlijk denk ik aan mannen als Othmar Spann en Hermann
Schwarz, die ieder op zijn terrein als herauten den nieuwen
tijd profeteerden, thans door ontelbaren gevolgd en ingehaald.
Tegenover zóóveel geestdrift en een zich algeheel verliezen
aan wat, sub lumine aeternitatis, toch slechts een facet weer
geeft, een episode beteekent, schaar ik mij naast Theodor Litt,
waar hij Schiller's waarschuwing in herinnering roept „Lebe
mit deinem Jahrhundert, aber sei nicht sein Geschöpf, leiste
1) Logik und Systematik der Geisteswissenschaften.