23 had gedaan om de regeering er van te overtuigen, dat de tienden noodlottig waren voor den toch reeds kwijnenden landbouw, zocht Van den Bosch contact met een aantal Zuid- Bevelandsche boeren om rechtstreeks een verzoekschrift aan den Koning te zenden. In 1839 verzonden de Zuid-Bevelanders het door Van den Bosch opgestelde request, ,,met een ophelderende memorie" 1 Het request drong aan op een verandering der tienden in een vaste grondrente, berekend naar de opbrengst der laatste 15 of 20 jaren. De toegevoegde memorie bewees dat de tien den verbetering van den grond in den weg stonden. Zij drukten zwaarder .naarmate er meer arbeidskunde en kapitaal door den landbouwer op eene geschikte wijze worden aan gewend", want zij belastten niet de waarde van den grond, doch de opbrengst. Toen de regeering het request ter advies aan de Commissie van Landbouw zond, adviseerde dit college in gelijken geest als het betoog van Van den Bosch c.s luidde, zonder daarmede evenwel te bereiken dat de regeering een bestaand eigendomsrecht durfde aantasten. De lage graanprijzen moedigden verbouw van andere ge wassen aan, o.a. van uien, cichorei en tabak. Vlas en meekrap leverden soms wel voordeel op, doch behoorden tot de ge wassen, die geducht konden tegenvallen. Minder speculatief en in den regel winstgevend waren aardappelen, waarvan de teelt sterk werd uitgebreid. Zij vonden afzet op de markten te Rotterdam en Amsterdam, waar toen reeds de Zeeuwsche consumptie-aardappelen de reputatie genoten van een uit stekende kwaliteit te zijn. Voorts leverde de Wilhelminapolder door de toepassing van een selectie, waaraan Van den Bosch veel waarde hechtte, pootaardappelen aan tal van bedrijven in de provincie zelf. Het was een ernstige tegenslag dat de winstgevende aardappelteelt na 1845 tengevolge van de be ruchte aardappelziekte moest worden ingekrompen. Voordeel zag Van den Bosch ook in de teelt van mangel- wortelen, waarvan hij de goede eigenschappen als veevoeder roemde in een brochure, die in 1839 verscheen Over het ver bouwen van den mangelwortel, het bekroonde antwoord op een prijsvraag, uitgeschreven door het Genootschap ter be vordering van Nijverheid te Onderdendam in Groningen. In deze brochure schreef hij ,,In 1831 werd ik voor het eerst opmerkzaam op het buitengewoon voedend vermogen dezer 1) Het stuk, uiteraard anoniem, is opgenomen in het Tijdschrift voor Staathuishk. en Statistiek II, 1844.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1944 | | pagina 41