55
daarop vervangen door Cornelis Somer De bedoeling was,
dat twee personen uit het college van Wet en Raad benevens
één der predikanten deze functie zouden uitoefenen, „die men
alle jaren zal vernyewen oft continueren int vermaken van de
officiers".
In 1598 heeft men schijnbaar niemand kunnen vinden voor
den post van Latijnsch schoolmeester te Veere, doch in 1601
werd „geresolveert met alle gevouchelicke middelen ten dien
ste van de borgerye deser stede op te richten eene Latijnsche
schole, in dwelcke nyet anders dan de Latijnsche tale ende
tgene daeran dependeert gedoceert en zal mogen worden"2).
In het begin van 1602 werd dit besluit herhaald 3er werd
geresolveerd „binnen dese stadt op te richten een Latijnsche
schole, Fransche schole ende Duytsche 4schole ende gheene
andere perticuliere scholen alhier te lijden, maer dezelve by
openbare publicatie te verbieden, uutgenomen dat eenige
vrouwen alhier met kennisse van zaken zullen mogen gead-
mitteert worden meyskens te leeren nayen, lesen ende schrij
ven." Eindelijk werd er een nieuwe rector benoemd Anthonie
Biese (Biesius), die sedert 22 Aug. 1600 Latijnsch school
meester in Arnemuiden was geweest5). Nu achtte men het
gewenscht de alumni van de stad, die elders ter schole gingen,
naar Veere te roepen, „alsoo dese stadt thans een bequame
Latijnsche schole (heeft), onlancx opgericht tot groven coste
van der stadt"6). Zoo worden dan ook de alumni Wouter
Buys en Johannes de Prince (zoon van een predikant te To-
len) van de Latijnsche school te Middelburg „vertranspor-
teerd" naar Veere. De laatste kreeg een hartelijke aanbeveling
mee van Jacobus Gruterus, den Middelburgschen rector7).
De magistraat van Veere was over den ijver van Biesius
zeer tevreden. Hem werd in 1604 „uut eenige goede conside-
ratiën vergunt ende toegeleyt tot subsidie van zijne huyshuyre
8 6 sch. 8 gr. tsiaers, alles uut sonderlinge gratie ende zonder
tselve te trecken in consequentie". De school was toen ge
il Ibid. 20 Nov. 1600. 2) Ibid. 3 Dec. 1601.
3) Ibid. 7 Jan. 1602. 4) d.w.z. Nederduitsche Nederlandsche.
5) Volgens C. de Waard, Journal tenu par I. Beeckman de 1604 a
1630, T. I (1939), p. V, "werd Bieze 16 Maart 1602 te Veere benoemd
en aanvaardde hij die functie 1 Mei 1602.
6) Notulen van Burgem. en Schepenen 13 Mei 1602.
7) Het stuk berust in het Veersche archief. Over J. Gruterus, rector
van de Latijnsche school te Middelburg, zie F. Nagtglas, Levensberichten
van Zeeuwen I (1890), p. 301, en Voegler, o.c., p. 356369.
