XIII onttrekken aan den anderen kant heeft mijn functie van gedelegeerd bestuurslid voor het museum mij in de laatste jaren nauw met de bescheiden poging tot reorganisatie daar van in aanraking gebracht, en deze taak althans hoop ik tot een voorlopig einde te kunnen brengen. Het is thans niet het uur U de historische ontwikkeling van ons Genootschap uitvoerig te schetsen in de voortreffelijke rede, die de toenmalige secretaris bij de herdenking van het 150-jarig bestaan heeft gehouden 1vindt U dat beter weer gegeven dan ik het zou kunnen doen. Op één ding echter moge ik Uw aandacht vestigen in den loop der tijden is het zwaartepunt van zijn naam op het adjectief komen te rusten. Het Genootschap telt onder zijn leden vertegenwoordigers van vrijwel alle faculteiten, maar een provinciale académie des sciences, waarvan in de 18e eeuw de aanzetten realiteit waren en die ten dele nog nawerken, is het sinds lang niet meer. Ook t.a.v. het museum is thans een meer moderne ontwikke lingslijn bewust aanvaard. Van een rariteiten-kabinet U denke slechts aan den naam van hetgeen de kern van een gewestelijke oudheidkundig museum te achten is geschied kundige voorwerpen en zeldzaamheden dient het te evo lueren tot Zeeuws museum. Breed kunnen wij, bij gebreke aan materieele en personele hulpmiddelen, onze vleugels niet uitslaan, en reeds van te voren staat vast dat de resultaten bescheiden zullen zijn. Maar door het uitbannen van niet- Zeeuwse voorwerpen is althans negatief een der meest aperte gebreken van ons museaal beheer afgesneden. Positief is de winst, dat met een verbetering der opstelling een begin is gemaakt, waarbij vooral de heer Klarenbeek, meer speciaal met het beheer der schilderijen en der ceramiek belast, zijn gewaardeerde hulp heeft verleend. De jongste verbetering, die in het afgelopen jaar haar beslag kreeg, was het herstel van de porceleinkast in de leeskamer, om praktische redenen 1) Gedenkboek, uitgegeven ter gelegenheid van het anderhalve eeuw feest van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen te Middelburg (M'burg, 1919) p. 11 vlg.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1948 | | pagina 13