XVIII Hetgeen de conservator der s c h i 1 d e r ij e n en van het porcelein en aardewerk had mede te delen is in het bovenstaande over de verzameling-Van Citters en de porce- leinkast reeds verwerkt. De conservator van het Kabinet van Natuurlijke Historie maakt melding van de volgende aanwinsten Deel van bovenkaak van een mens, afkomstig uit een der middeleeuwse graven aan het strand bij Domburg, geschonken door den heer A. Staverman verschillende zoölogica uit Zeeland, geschonken door den heer P. de Bruyne. Betreffende de overige verzamelingen zijn geen mededelin gen ingekomen. Wat het inwendig leven des Genootschaps betreft kan worden vermeld, dat in de op 19 Mei 1947 gehouden alge mene vergadering in plaats van mr A. J. van der Weel, aftredend en niet herkiesbaar, gekozen werd ir H. D. J. Swaters, met wien ir J. Moll was aanbevolen. De vergadering werd opgeluisterd door een voordracht van dr P. J. Meertens over Zeeuwse familienamen. De gewone vergaderingen wer den na de verdwijning van mr Fruin weer enigszins op gang gebracht. In de Januari-bijeenkomst sprak dr P. Hoekstra over Bloemendaal, enige problemen en beschouwingen in de vergadering van 11 Maart 1948 hield mr W. H. Vermaas een voordracht over de Grondwetsherziening van 1848. Wellicht had men van mij op dezen avond een beschouwing verwacht over 1648, hetzij in het algemeen, hetzij in het bij zonder ten aanzien van Zeeland. En inderdaad heeft dit, bijna vervulling van een ambtsplicht, een punt van ernstige over weging bij mij uitgemaakt. Maar aangezien het Genootschap de vorige maand hierover een uitnemende voordracht van dr H. A. Enno van Gelder mocht aanhoren en men in De Gids van Januari 1.1. een voortreffelijk artikel van prof. Van Hamel kan lezen, waarin ook aan het Zeeuwse standpunt ten volle recht wordt gedaan, meende ik mij hiervan te mogen verschonen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1948 | | pagina 18