41 voor wat betreft de jaren 1678'83 den bekeerling Amandus van Nispen (p. 194 vgl. Haarl. Bijdr., LV, p.p. 386 e.v.en na hem Martinus Verrijn als pastoor van Middelburg ge noemd (p. 206). Laatstgenoemde kwam reeds tijdens het pastoraat van Van Nispen naar Middelburg als diens helper (Haarl. Bijdr., XLII, 290). Al hadden nu de seculieren in Middelburg vasten voet gekregen, toch bleef de verhouding tot de Paters altijd enigszins gespannen, zoals uit verschillende brieven van Van Nispen duidelijk blijkt (Haarl. Bijdr., LV, 91Zelfs de Propaganda Fide werd er in betrokken, getuige een brief d.d. 20 Juni 1678 van den Prefect, kardinaal Altieri. aan pater Lud. de Camargo. Kardinaal Altieri dit was niet Emilio Altieri, die in 1670 als Clemens IX de Stoel van Petrus beklom deze was trou wens bereids in 1676 gestorven (vgl. L. v. Pastor, Geschichte der Papste, XIV, p. 617). Wij moeten hier denken aan Paluzzo Paluzzi degli Albertoni (geb. 1623), die door paus Alexander VII kardinaal was gecreëerd en door Clemens IX als zijn „nepos" was geadopteerd. Wegens de hoge leeftijd van dezen Paus nam hij weldra de tweede plaats aan het Hof van Rome in, met terzijdestelling van den Staatssecretaris (Pastor, t.a.p., p.p. 619/20). Al was nu pastoor Van Nispen te Middelburg gevestigd, daarmede was aan de moeilijkheden rond de benoeming van een tweeden missionaris in die stad geen einde gekomen. Zo wendde men zich 12 Febr. 1680 van de zijde der Sociëteit tot de Propaganda, opdat aan Neercassel niet zou worden toegestaan een lid van zijn clerus de Middelburgse statie te doen binnendringen. Misschien moet hier gedacht worden aan een binnendringen van den reeds in de stad aanwezige seculiere priester in het kerkhuis 3), welke mening steun vindt in het volgende stuk van 25 Nov. 1682, waarin pater de Hutter spreekt over een hem gedaan verbod van de zijde van een tweetal gemachtigden van Neercassel om (hangende het onderzoek de schuilkerk te gebruiken 4Dat dit verbod pater de Hutter betrof meen ik weer te mogen afleiden uit zijn brief van 9 Dec. 1682, waar hij er gewag van maakt dat het H. Offer in particuliere woningen wordt opgedragen. Hier mogen enige regels volgen aangaande de thans ter sprake gebrachte personen. Pater Fredericus de Hutter of De Heutter S. J. 3) Op de Blauwedijk bij de Kalkstraat. 4} B H. Ill, 328.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1948 | | pagina 85