VII
jaar worden aangevat. De slechte geldmiddelen zijn in ieder
geval niet meer zozeer een belemmering voor activiteit ten
deze nu het Genootschap een bedrag van ruim 900 gulden
mocht ontvangen van de opgeheven Vereeniging tot behoud
der Zeeuwsche kleederdrachten, bestemd voor instandhouding
en verbetering onzer klederdrachtenverzameling. Maar hoe
welkom ook, voldoende is deze schenking gezien de huidige
prijzen ook bij de meest eenvoudige voorzieningen bij lange
niet, en de middelen van het Genootschap zijn uiterst beperkt.
Zoals het vorig jaar reeds in uitzicht werd gesteld zijn
een aantal voorwerpen, die in ons museum konden gemist
en voor het gereorganiseerde Stedelijk Museum van Vlissingen
een welkome aanvulling waren, aan die gemeente in bruik
leen afgestaan. Het betreft een zevental portretten uit de
verzameling-Van Citters, benevens enige modellen van oude
gebouwen aldaar, een schilderij van Lammerenburg en het
zgn. wiel van De Ruyter. Met name het laatste zagen wij
niet zonder weemoed gaan. Maar de overtuiging, dat dit
document van het verleden in de stad van Vlissinger Michiel
veel meer op zijn plaats is dan in ons meer algemeen Zeeuws
museum, had toch de bovenhand. En deze onze generositeit
had het verblijdend resultaat, dat het gemeentebestuur van
Vlissingen bereid was tot een stap, waarvoor men vroeger
ter plaatse weinig was geneigd en die toch het grote voordeel
meebracht de museumbelangen op een meer rationele wijze te
behartigen het stond, evenzeer in bruikleen, ons de in de loop
der jaren verzamelde beenderen van voorhistorische dieren
af, wel in de monding der Schelde en verderop opgevist,
maar die in een specifiek Vlissings museum ten enenmale
misplaatst waren. Weinig spectaculair, het valt niet te ont
kennen, is voor ons deze aanwinst, en in gevoelswaarde
kan zij tegen ,,het wiel" uiteraard niet opwegen. Juiste verdeling
der museumfunctie tussen provinciaal en locaal ressort bracht
echter deze oplossing gebiedend mee.
Aan Vere werden, ten behoeve van de versiering van het
stadhuis, een tweetal portretten uit bovengenoemde verza-