14 van Lodewijk van Nevers werd eveneens herzien. Hierbij ging de graaf heel wat minder streng te werk. Wij bezitten de uitslag van het onderzoek naar de verant woordelijken voor de organisatie van de opstand en de ge pleegde gewelddaden. Uit sommige nota's blijkt dat de graaf ze gestraft heeft. Het volledig oordeel kennen wij echter niet. Wij mogen veronderstellen dat de graaf de schepenen zo niet in hun functie hersteld, dan toch tenminste uit de ver banning teruggeroepen heeft en dat zij alleen gestraft werden tot het vergoeden aan de stad van de begane fouten in hun finantieel beleid. De houding van de graaf van Nevers steekt hier scherp af tegen die van zijn vader, de graaf van Vlaan deren. Waar de zoon de oproerlingen, wellicht nog meer de oude Leliaardsgezinde patriciërs dan het gemeen, steunde tegen de magistraat, blijkt de graaf meer deze laatste te be schermen 12 Van de rekeningen die door de schepenen aan Lodewijk van Nevers werden overgemaakt is ons die voor het jaar 1309'10 bewaard18). Naast het net (een rol) 14bezitten wij echter ook het klad (een register) 15en de speciale rol der present wijnen le). Die rekening is merkelijk ouder dan wat wij voor andere kleinere Vlaamse steden bezitten en gaat zelfs de eerste be waarde rekening der stad Gent (131415) vooraf. Wat haar echter nog interessanter maakt is de reeks documenten, voortkomend uit het onderzoek, ingesteld door de graaf van Nevers en later door de graaf van Vlaanderen. De geschiedenis der grote Vlaamse steden van het einde der 13e en het begin der 14e eeuw toont ons hoe dikwijls de magistraat beschuldigd werd van finantieel wanbeheer. In welke mate en op welke wijze de stadspenningen verduisterd werden en in hoeverre een gebrekkige boekhouding of on kunde der klerken aan min of meer gefundeerde klachten ten grondslag lagen leren ons de bewuste documenten van het onderzoek. 12) Over de politiek van Lodewijk van Nevers, zie Fr. Funck— Brentano, op. cit., p. 583 en vlg. 13) Het schepenjaar begon er evenals te Brugge op O.-L.-V.-Licht- mis (2 Februari). De rekening van 1309 werd afgesloten de Donderdag er voor (29 Januari 1310). 14) Zie verder document no. I. 15) Brussel, Algemeen Rijksarchief, Rekenkamer, no. 31.760. 16) Ibid., Rolrekeningen, no. 2913,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1949 | | pagina 48