DE ZEEUWSE HOFSTEDE DOOR R. C. HEKKER. Hoewel men door de publicaties van de laatste jaren een globaal inzicht kan verkrijgen omtrent de ontwikkelingsge schiedenis der boerderijen in het Noorden, Oosten, Zuiden en gedeeltelijk ook midden van ons land, over de hoeven in het Westen zal men in het duister tasten. Met name de Zeeuwse hofsteden vormden voor de onderzoekers een blijkbaar onop losbaar probleem en gaarne stelden zij zich tevreden met het naschrijven van Gallee's mening, als zouden deze boerenhuizen tot het langgeveltype behoren en verwant zijn aan die van de Brabantse zandgronden. Reeds bij een vluchtige beschouwing blijkt echter, dat zelfs van een oppervlakkige overeenkomst afgezien van het aanbrengen van de ingangen in de lange gevel geen sprake is. Daar de oudste nog bestaande Zeeuwse voorbeelden, die uit het begin van de zeventiende eeuw dagtekenen, in principe weinig van de latere verschillen en landbouwliteratuur noch archivalia 1 uitkomst geven, dient de onderzoeker van het standpunt uit te gaan dat de Zeeuwse typen waartoe men ook de nieuwere hoeven op Goeree-Overflakkee kan rekenen een afzonderlijke groep vormen. De enige methode derhalve om tot een oplossing te geraken is zoveel mogelijk boerderijen te bezoeken, opmetingen te maken, streeknamen en bedrijfsgebruiken te noteren en na afloop de gegevens te schiften, zodat men tenminste een over zicht van de toestand der laatste eeuwen verkrijgt. Daarna pas kan men door een analysering van de oudste details een theorie over de afstamming opstellen, HET OUDE TYPE VOOR GEMENGD BEDRIJF. Om vroegere toestanden te leren kennen begeeft men zich gemeenlijk naar een gebied, waar het bedrijf ten opzichte van de omgeving in een primitiever stadium verkeert. In Zeeland is dit het geval op Walcheren. Als oorzaak moet men hier naast het overheersende kleine bedrijf, dat dan nog door 1De boerderijafbeeldingen op de oudste kaarten zijn te schematisch om als bewijsmateriaal te kunnen dienen zie M. K. E. Gottschalk en W. S. Unger, De oudste kaarten der waterwegen tussen Brabant, Vlaan deren en Zeeland (Tijdschrift Kon. Ned. Aardr. Gen. 2e reeks LXVII 1950, blz. 146—164).

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1951 | | pagina 25