XXI
Niet-Europese mollusca de heer L. de Priester.
Zeeuws Herbarium vacature.
De conservator der Zelandia Illustrata was nog
niet in de gelegenheid de beschrijving der portretten te ver
volgen. De aanwinsten waren talrijk en niet onbelangrijk.
Aangekocht werden een aantal kaarten en plattegronden uit
de verzameling-Poley, w.o. paskaart van Zeeland door Lucas
Jansz. Waghenaer, 1583, en een paar historieprenten over
de gebeurtenissen in 1809 en 1830. Van de heer P. Jasperse
te St-Maartensdijk werd door ruil een aantal tekeningen van
oude gebouwen en grafzerken te Tolen verkregen, afkomstig
uit de collectie-Hollestelle.
De conservator van de afdeling der V roeg-histori-
sche voorwerpen bericht
Opschriften en beelden, betrekking hebbende op de godin
Nehalennia, zijn nergens anders dan op Walcheren en te
Keulen gevonden. De betrekkingen tussen deze beide plaatsen,
waarop ik in deze verslagen reeds eerder de aandacht ves
tigde, zijn thans wederom in studie bij prof. dr Fremersdorf,
directeur van het Römisch-Germanisches Museum te Keulen.
Deze schrijver (1950, Jahrbuch d. Köln. Geschichtver- 25,
p. 43) rekent Nehalennia tot de Germaanse godenwereld,
niet tot de Keltische, zulks in tegenstelling tot de opvatting,
die in de laatste jaren door Braat en door Hardenberg ver
dedigd is.
Dank zij de welwillende medewerking van de directeur van
het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden is het oudste in
Zeeland gevonden artefact, nl. een geslepen vuurstenen bijl
uit Terneuzen, thans als afgietsel uitgestald. De conservator
publiceerde dit voorwerp en enige losse vondsten van brons
cultuur in Beaufortia (Amsterdam) nr 9 en in Zeeuws Tijd
schrift 2, p. 7984.
Dr P. La Baume, te Schleswig, publiceerde enkele in die
streek gevonden gelijkarmige fibulae en trok daarbij een ver
gelijking met de zoveel talrijker Domburgse vondsten. Met