8 met de titel van conrector. Hij moest zich verplichten twee jaar in Goes te zullen blijven40). Surendonck bracht ,,een seer ampel ende favorabel testimonium" mede „concernerende syne goede progressen in syne studiën ende onberispelijck leven" van prof. Heerwoordt te Leiden40). Met hem hadden Cura toren een goede keuze gedaan. Want Surendonck was blijkens een eervolle onderwijscarrière hij was achtereenvolgens rector in Dordrecht, Utrecht, Amsterdam en Middelburg een zeer bekwaam onderwijsman41). Salomon Paludanus, die naar het schijnt een ruzieachtige aard had en vrnl. schuld droeg aan de talrijke klachten over de school, wordt aangezegd „dat hij zich voortaen moderater en minnelijcker in de conversatie van deze rector ende con rector der opgemelte schole sal hebben te gedraegen ende sich in synen gerequireerden dienst tot de schole beter als voor desen te quyten"42). Intussen was men eindelijk met de op stelling van het reglement gereed gekomen „tot beter beleid ende directie van 't voorseyde schole", waarover wij reeds hierboven spraken. Op 27 Juli 1655 werd het door Burge meesters en Schepenen goedgekeurd en gearresteerd43). In deze schoolorde vinden wij een nauwkeurige omschrijving van de leerstof, waaraan enige opmerkingen van algemene aard toegevoegd zijn. De Schola Goesana was in 1655 ver deeld in 6 klassen. Ongetwijfeld was, evenals elders, aan ieder van de drie docenten het onderwijs in twee klassen toever trouwd, waarbij natuurlijk de rector in de hoogste klassen doceerde. In de laagste afdeling van de eerste klasse, die van de tirunculi of beginners, werden de beginselen van de Latijnse grammatica geleerd. De leerlingen, die nog amper konden lezen, moesten zich verder daarin oefenen door stukken uit het Nieuwe Testament in de Statenvertaling hardop te lezen. In de hogere afdeling van deze klasse werd de gehele etymo logie behandeld, en verder las men de Colloquia van Erasmus. Bovendien leerde men een en ander uit de catechismus. De leerstof voor de vijfde klasse omvatte het leren van gramma tica, het maken van thema's en de lectuur van Colloquia van Cordier en Erasmus44). De Latijnse woordenschat werd ver- 40) Not. 23 April 1655. 41) Zie over hem N.N.B.W. III kol. 1209 sq. (De Waard). 42) Not. 23 April 1655. 43) Not. 27 Juli 1655. Het reglement, getiteld Ordo Scholae Goesanae per sex classes distinctas, is reeds afgedrukt bij Romer, I.e., p. 107111. 44) Gesprekboeken, die in de 17e en 18e eeuw algemeen gebruikt werden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1952 | | pagina 50