44
bochtsheeren oft heure Ge ende E, raden ende officieren
goedtstijts te adverteren om daertoe den dach, dat men die
doen sal, te wordden genomen ende bij den dijckgrave de
meeste buytengelanden te wordden bescreven om hen daer-
tegens mede present te vynden, welcke rekeninge den pen-
ninckmeester-generael sal beginnen te doene voor dijckgrave,
geswoorens ende clercq metten presenten ingelanden, smor-
gens ten acht uren, opte pene van der helft van heur gagie
elck int zijne te verbeuren. Ende indien ennige zwaricheeden
daerinne worden bevonden, sal men die aenhouden tot int
sluyten van derzelver rekeninge, ende alsdan tsamen resol
veren ende afmaecken.
(8). Item, sal de dijckgrave tot allen tijden, alst hem tot
oerbaer van den gemeenen lande sal noodt ende goetduncken,
moegen ontbieden ende doen vergaderen die geswoorens, pen-
ninckmeester-generaal, clercq ende bode om tsamen op slants
saecken tadviseren ende visitatien oft omgangen te leggen,
dewelcke, ontboeden zijnde, sullen gehouden wesen telcke
reyse opten eedt, bij hen den heeren ende innegelanden ge-
daen, te compareren tot sulcker gelegener plaetsen ende tijde,
als hemluyden bij den dijckgrave geordonneert sal sijn, tenzij
dat hen ennighe merckelijcke beletten van siecten oft andere
wettige noodtsaecke excusere oft onthoude, daeraff zijluyden
den dijckgrave in tijts sullen moeten adverteren.
(9). Item, sullen dijckgrave ende geswoorens op allen
notablen omgangen, visitatien ende bestedingen van wercken,
den gemeenen lande aengaende, altijts mede ontbieden ende
roepen den generalen penninckmeester van der dijckagie, die
gehouden zal wesen op sijnen eedt (midts goedtstijts de weete
hebbende) bij henlieden te compareren om van alle de voors.
wercken kennisse te nemen, die bestecken ende ander ordon
nantiën, totten zeiven wercken dienende, mette opnemingen
van dien bij gescrifte te stellen ende die bij dijckgrave ende
geswoorens, daar tegenwoordich wesende, ter zeiver tijt te
doen onderteeckenen om te dienen tot verificatien van sijne
rekeningen, sonder welcke verificatien ende andere behoor-
lijcke ordonnantiën van dijckgrave ende gezwoorens met per
tinente quytantien van der betalingen hem egeen uuytgeven
en sal wordden gepasseert.
(101.Item, sullen dijckgrave ende geswoorens op alle stor
men ende tempeesten, bysonder op sprinckvloeden, hen opten
dijck moeten laeten vynden, overrijdende oft overgaende, ende
aldaer blijvende totdat de tempeeste gecesseert sal zijn. Ende
alst noodt sal wesen, zal de dijckgrave vermoegen bij kennisse