79
Goes. Doch Walcheren hielden zij hardnekkig vast. Begin
Februari 1814 drongen de Engelsen in de Westerschelde
door en begonnen de blokkade van het eiland Middelburg
kreeg het aanzien van een belegerde stad. De val van het
keizerrijk, 17 April, bracht aanvankelijk geen verandering;
als uitzondering onder de Nederlanders hebben de Middel
burgers met die van Walcheren en Bergen op Zoom het zeld
zame feit meegemaakt, enige weken onderdanen van Lodewijk
XVIII te zijn geweest. Maar op het eind der maand wies de
zucht naar verlossing in Middelburg evenzeer als de kracht
van het Franse bestuur afnam, en nadat 4 Mei Vere was ont
ruimd kon mr Schorer, thans commissaris-generaal van de
Souvereine Vorst, 5 Mei 1814 de hoofdstad van Zeeland
binnen trekken 14 Juni werd er deswege feest gevierd, 20 Juli
dankdag gehouden. De Franse tijd, die over de oude stad
zoveel ellende had gebracht, was voorbij.
Maar voor Middelburg kwamen de oude tijden, die de be
kende proclamatie had beloofd, niet weerom. De bevolking,
die in 1795 nog ruim 20000 had bedragen, was tengevolge
van de economische achteruitgang tot 13675 zielen gedaald
zij zou van 1817 tot 1820 en in 1824 zelfs beneden de
13000 komen waarvan een groot aantal werd bedeeld.
De vaderlijke regering van koning Willem I trachtte de stad
tot nieuw leven te wekken, en dat dit niet is gelukt is niet aan
diens falen, doch aan de veranderde economische verhoudin
gen te wijten. Ondanks alle steun van regeringswege haven
kanaal 18151817, agentschap der Nederlandsche Handel
Maatschappij2), wier tot 1858 gehouden koffieveilingen
aanvoer van dit product vond tot het einde der eeuw plaats,
van tin zelfs tot 1909 de dagen der O.I.C. trachtten te
doen herleven, pogingen tot herstel der vaart op China om
thee, die in de 18e eeuw had gebloeid, de overzeese handel,
die 500 jaar lang Middelburg had opgeheven tot een plaats
van belang, keerde slechts zeer ten dele terug. Omstreeks het
midden der 19e eeuw reedde de Commercie Compagnie nog
1) Blijkens een Staat van de bevolking van Zeeland, gerequireerd bij
missive van de secretaris van Staat voor de Bin. Zaken i.d. 19 Jan. 1815
(Econ.-Hist. Archief, KI. aanwinsten nr 86), bedroeg de bevolking toen
13114 personen, waarvan 5656 mannen en 7458 vrouwen. Van de mannen
waren 1097 beneden 18 jaar, van 1850 jaar 2468, boven de 50 jaar
1091. Het aantal gehuwden en wed. bedroeg 5466. Naar de godsdienst
verdeeld Geref. 10629, R. Kath. 1639, Luthers 454, Mennonieten 145,
Joden 247. Het aantal gealimenteerden beliep 1268.
2) Als gevolg van deze relatie is tot ongeveer 1930 een commissaris
zetel aan een Middelburger toegekend geweest.