84 was zich te ontwikkelen. En bij het Groot privilege van 1477 kreeg Domburg de volledige criminele rechtspraak, die in 1494 wel werd ingetrokken, doch in 1497 werd hersteld x). Omtrent de geschiedenis der stad zijn ons uit de middel eeuwen slechts flitsen bekend. Zo was Domburg in Juni 1351 gewikkeld in de strijd tussen Margaretha en haar zoon Wil lem V en ondervond het wel zeer de toorn der keizerin over de steun, verleend aan het toen Kabeljauwse Middelburg, Honderd jaar later verpandde Filips de Goede Domburg, met de andere smalsteden van Walcheren behalve Westkapelle toen ook Vlissingen enVereaan heer Hendrik van Borssele, wiens zoon Wolfert haar definitief in 1477 in eigendom ver wierf. Ook hier volgde, na het uitsterven van diens huis, Filips II in 1567, de Prins van Oranje in 1581 daarin op2), maar de oorlogstoestand van 1572 en volgende jaren had Domburg veel kwaad gedaan. Het stedelijk karakter was vrij wel geheel verloren gegaan. In de bekende steden-atlas van Jacob van Deventer komt het niet eens voor, en het is altijd een open en „onbegraven" stad geweest. Toch had het nog wel stedelijke allures in de eerste helft der 17e eeuw veroorloof de het stadsbestuur, uit baljuw, twee burgemeesters en vijf schepenen bestaande, zich de weelde, althans af en toe, van een zo stedelijk ambtenaar als een pensionaris, als hoedanig een der Middelburgse advocaten fungeerde. Hoewel het privilege van 1355, dat lakennering buiten de steden verbood, de mogelijkheid van een Domburgse draperie open liet, schijnt hiervan toch, met uitzondering van een spoor van weverij uit 1668, geen sprake te zijn geweest 3) de be langrijkste nering in de Middeleeuwen was de visserij. Haring vaart moet het voornaamste zijn geweest, doch ook andere soorten vis worden genoemd bij gebreke aan eigen haven voeren de Domburgse buizen uit van Vlissingen of Vere, waar mee in 1547 een merkwaardige overeenkomst werd gesloten ter regeling der wederzijdse bescherming. Maar ook aan overzeese scheepvaart namen Domburgers deel. In 1438 bevrachtte een 1Het gedeelte der heerlijkheid Domburg, waaraan toen geen stads recht werd verleend, stond (later) als Domburg-buiten bekendhet viel onder de judicatuur van Middelburg, na de grote verandering van Maart 1574 onder die van Vere. 2) In 1648 verkocht Willem II de heerlijkheid aan Middelburg, dat haar in 1679 van de hand deed sindsdien is zij in handen van particu lieren geweest. 3) De naam Weverijstraat worde niet hieraan geknooptdie is ook hier ontleend aan de calicotweverij, die, meer als werkverschaffing, tussen 1839 en 1869 bestond.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1954 | | pagina 108