89
„tot het kostuum der adellijke vrouwen in het noorden van
Frankrijk in de le helft der XlVe eeuw", dat „onze echte
onvervalschte hoerendracht uitsluitend ontleend is aan de
kleeding der edelen en aanzienlijken en hunne vrouwen uit de
XlIIeXVIIe eeuw" dit alles zijn beweringen, ontsproten
aan de fantasie van een vereerder van „den riddertijd", maar
historisch volkomen onjuist. De oorsprong van de hoeren
dracht ligt ook hier in het burgercostuum der 17e en vooral
der 18e eeuw, al heeft ook dit, uiteraard, wortels in een verder
verleden.
Voor de kennis van de ontwikkeling der hoerendrachten
beschikken wij voor de tijd na 1800 in de werken van Maas
kamp, Madou, Braet von Überfeldt en latere over zeer bruik
baar materiaal, maar voor de oudere tijden is de documentatie
uiterst gebrekkig. De bewering, dat Jacoba van Beieren in
Zeeuwse dracht in Goes ter kerke ging is natuurlijk waarde
loos deze bestond toen als zodanig niet. En als Albrecht Dürer
in 1521 aldaar een meisje tekende „in ihrer Tracht", zal hij
als Duitser daarbij wel meer op de Nederlandse dan op een
specifiek Zeeuwse kledij hebben gedoeld. Als oudste afbeelding
ad vivum van een Zeeuwse vrouw heeft deze tekening echter
stellig haar waarde1), al geeft zij weinig houvast over de
bijzonderheden van het toenmalige costuum. Schilderijen uit
de 15e tot de 18e eeuw geven ons in groten getale vooral voor
de burgercostuums belangrijke aanwijzingen.
Maar ook langs andere wegen is het mogelijk de geschie
denis der Zeeuwse klederdrachten te benaderen. De uit af
beeldingen en bewaarde kledingstukken (Museum van het
Zeeuwsch Genootschap, Het Nederlands Openluchtmuseum)
verworven inzichten omtrent hun ontwikkeling kunnen worden
aangevuld door en getoetst aan de gegevens, die de oude
boedelpapieren in de archieven ons opleveren 2). Hieruit blijkt
bv„ om even op hetgeen zal volgen vooruit te lopen, dat in
Walcherse en Cadzandse boedels der 18e eeuw althans t.a.v.
de kleding van vrouwen zowel als mannen dezelfde kleding
stukken, onder dezelfde benamingen en van eendere stoffen
vervaardigd, voorkomen, zodat de conclusie gewettigd schijnt
dat beide costuums, die thans zo zeer verschillend zijn, destijds
grote mate van overeenkomst moeten hebben gehad. In de 19e
eeuw echter raakte deze onder Vlaamse invloed volkomen zoek.
1) Gereproduceerd in: A. Dürer's Niederlandische Reise (ed. Muller-
Veth, BerlijnUtrecht, 1918).
2) Bewaard in het Rijksarchief in Zeeland, afd. rechterlijke en nota
riële archieven.