90 Uiteraard zijn deze gegevens beperkt, en wij verbeelden ons dan ook niet aan de hand hiervan de geschiedenis van het Zeeuwse costuum te kunnen schrijven. Maar een bijdrage, een nieuwe bijdrage naar wij menen te mogen zeggen, leveren zij hiervoor wel. En waar, jammer genoeg, ook hier de ver dwijning der klederdrachten onafwendbaar is en binnen af zienbare tijd de bestudering ervan naar het levend model niet meer mogelijk zal zijn, lijkt het verantwoord geschiedenis en huidige staat der Zeeuwse klederdrachten in deze en vol gende bijdragen naar vermogen vast te leggen. Ook de Zeeuwse klederdracht moge in de algemeen bur gerlijke haar oorsprongen hebben en deze generatie na gene ratie in de verte hebben gevolgd bonte sitsen van de kust van Coromandel, aanvankelijk geïmporteerd, later in Holland door de katoendrukkerijen nagemaakt, zuivere chinoiserie als mede Perzische motieven en technieken bleven ten platten- lande langer dan in de burgerdracht in gebruik zij moge in de 18e eeuw een veel grotere mate van eenheid hebben vertoond dan in de 19e en 20e het geval is geweest, ook zij is aan de wijzigingen in de mode niet ontkomen. Trouwens, zij is het in haar nadagen nog Niettemin zijn haar dagen geteld. Door de ontwikkeling van het verkeer, naar zowel als uit de dorpen, is het isolement, welke een eerste voorwaarde was voor het ontstaan en het voortbestaan van klederdrach ten, opgeheven. De ellegoedman, die met zijn kruiwagen het platteland placht af te reizen, werd verdrongen door de auto, de nauwere aanraking met de stad sloeg een bres in de hechte dorpsgemeenschap, waardoor individueel de neiging tot gelijkschakeling met de stedelingen ontstond. Ook de ruimere wereld, waarin de plattelandsbevolking geraakte, werkte ontbindend, om van overdreven belangstelling van toeristen en, niet altijd vermeende, onheuse bejegening te zwijgen. Het vaak als „boers'' beschouwde costuum werd een hinderpaaldus deed zich de neiging voor het af te leggen. De huidige geest des tijds, die in zijn alles nivellerend karakter geen plaats meer schijnt te bieden aan klederdrachten, doet de rest. De mechanisatie in de landbouw stelde bovendien andere eisen aan de kleding bij de beoefening van sport, die overal ingang heeft gevonden, zijn de verkleedpartijen te om slachtig met name het aandoen van het vrouwencostuum is zeer tijdrovend Ook evacuatie en verhuizing hebben niet nagelaten de drachten ongunstig te beïnvloeden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1954 | | pagina 116