22
gen legde Middelburg zich neer bij de bestemming tot vissers
haven, doch bleef zich tegen iedere outillage voor andere
doeleinden verzetten. Maar de heer van Beveren hield niet
af, en in 1549 verzocht hij een nog groter uitbreiding van de
Vlissingse haven te mogen doen maken. Heftig verzette Mid
delburg zich bij de keizer, aan wiens belangen als heer ener
keizerlijke stad het appelleerde, en niet zonder succes. De
voorgenomen vergroting ging niet door, en de verheffing van
heer Maximiliaan tot markies van Vere en Vlissingen was
vermoedelijk een pleister op de hierdoor geslagen wond. Toen
kort nadien deze ambitieuse nabuur overleed, was het gevaar
voorlopig althans voor Middelburg geweken. De poging,
bij de verkoop van zijn boedel in 1567 het markiezaat te ver
werven, mislukte niet Middelburg doch Filips II werd koper.
Maar door de aankoop van de heerlijkheid Welsinge, gren
zend aan het havenkanaal naar zee, wist het zijn positie toch
te verstevigen1).
Middelburg als handelsstad.
Hoewel het gevaar, dat Middelburg van deze kant had be
dreigd, niet geheel denkbeeldig was, was zijn vrees toch niet
zonder overdrijving: het economisch leven der stad, hecht ge
fundeerd als het toen was, kon een stootje velen. Reeds in de
13e eeuw waren hiervoor de grondslagen gelegd het stads
rechtprivilege van 1217 beschermde de actieve handel der
Middelburgers,wij constateerden reeds in 1103 betrekkingen
met Antwerpen en tot het laatst der 14e eeuw moet de wel
vaart der stad hierop grotendeels hebben gedreven. Langzamer
hand breidde deze eigen-handel zich uit in verschillende Ne
derlandse gewesten met name in Vlaanderen in de Oost
zee en vooral in Engeland treffen wij Middelburgse poorters
aan. Het Dordtse stapelrecht, dat aan de Middelburgse wijn
schippers veel last dreigde te veroorzaken, werd in 1304 ver
zacht en de poorters der Arnestad werden ervan vrijgesteld
in 1355 kwam een andere regeling, die voor de Middelburgers
niet ongunstig was. Van vrachtvaart voor vreemde rekening
naar Engeland hebben wij een aardig voorbeeld uit 1320
de accijns-ordonnantie van 1325 vermeldt hun vaart naar de
Britse eilanden om wol of vellen. Op het eind der eeuw echter
constateren wij het begin van die ontplooiing van het verkeer
van vreemde kooplieden, welke in de middeleeuwse periode
1) Minder succes had de stad bij haar poging, 28 Jan. 1560 bij de
graaf van Hoorne gedaan, de zetel der admiraliteit van Vere binnen baar
muren te krijgen. Ook 9 Dec. 1572 werd hiernaar tevergeefs gestreefd.