23
de eigen bedrijvigheid ver zou overtreffen en die voor dat
tijdperk van Middelburgs economische geschiedenis karakte
ristiek zou zijn. De oudste gegevens reeds, die ons bewaard
zijn, een accijns-ordonnantie, die in 1325 werd ontworpen,
meer nog een makelaardijtarief uit het begin der 15e eeuw,
tonen ons reeds een verscheidenheid van producten, met name
uit Zuid-Europa en de Levant, als men in geen enkele Noord
nederlandse stad aantreft. Even internationaal en universeel,
gemeten naar de verhoudingen van de tijd. als de lijst der
waren, die in de 15e eeuw te Middelburg werden verhandeld,
is ook de enumeratie der kooplieden en schippers, die aldaar
verkeerden. Uit aller heren landen kwamen zij naar de Arne-
stad Duitse en Nederlandse Hanzeaten, Fransen, Spanjaar
den en Portugezen, Italianen, Schotten en vooral Engelsen
treffen wij reeds vóór 1400 te Middelburg aan. In kleiner
afmetingen vertoont zich hier het beeld, dat eerst Brugge en
later Antwerpen op zoveel machtiger schaal te zien geven.
Evenals deze steden gelegen bij het punt, waar de toenmalige
Europese scheepvaart- en handelswegen elkaar kruisten,
maakte Middelburg in de late Middeleeuwen deel uit van het
„economische landschapdat de Scheldedelta in de vierhoek
BruggeAntwerpenBergen-op-ZoomWalcheren want
ook Vere en Vlissingen behoorden hiertoe) vóór 1572 heeft
gevormd. Met Arnemuiden en de daarvóór gelegen rede
thans sinds eeuwen door inpoldering vruchtbaar bouwland,
maar in de 16e eeuw het centrale punt van de scheepvaart
van N.W.-Europa was de Arnestad toen a.h.w. de voorha
ven der beide metropolen, die zij diende door overlaadbedrijf.
Daarnaast echter heeft Middelburg toen ook zekere zelfstan
dige aantrekkingskracht op de vreemde kooplieden en schip
pers uitgeoefend de Engelse wol- en lakenstapel was hier in
de 14e en 15e eeuw intermitterend gevestigd, voor de westerse
wijnen werd het in de 16e eeuw de grote opslagplaats in deze
landen, en ook ten aanzien van het uit de Atlantische havens
aangevoerde zout ontwikkelde het eigen betekenis.
Hoewel men mag zeggen dat de laatmiddeleeuwse periode
der Middelburgse handelsgeschiedenis door de stapelgedachte
wordt gekenmerkt, is daarin toch onderscheid te maken. Tot
het midden der 15e eeuw overwoog het stapel privilege, eenzij
dig verleend, nadien het stapelverdrag, contractueel, dus twee
zijdig, vastgelegd. Ook voordat, in het begin der 15e eeuw,
een algemeen stapel recht aan de Arnestad werd toegestaan,
hebben vreemde kooplieden er hun stapel gehouden. In 1337
vestigden de Engelsen in de strijd om Brugge hun wolstapel