26
was de eerste wel het gevaarlijkst. Wat is begrijpelijker dan
dat Middelburg zich door een stapelprivilege zocht te dekken?
En de landsregering was het hierbij gaarne behulpzaam. In
1508 had zij, op centralisatie van de wijnhandel ook in het
belang harer geldmiddelen bedacht, bepaald dat niemand enige
westerse wijn zou mogen verkopen eer die gegaugeerd, geroeid
en gemeten zou zijn ,,ter naester craene", en door de centrale
positie, die Middelburg in het Walcherse handels- en scheep
vaartleven innam, bleek althans op den duur hier handhaving
van een wijnkraan mogelijk. Zo niet wettelijk, verwierf de
Arnestad dan toch feitelijk de stapel der westerse wijnen.
Evenwel niet zonder strijd. Haar beide bovengenoemde con
currenten, maar ook Zieriksee, Antwerpen en zelfs het verre
Amsterdam zaten haar dwars. Doch trouw steunde Karei V
Middelburg in deze strijd in 1524 werd het plakkaat opnieuw
afgekondigd en toen, in 1538, de heer van Bergen op Zoom
een heroïeke poging deed de wijnvloot van La Rochelle naar
zijn haven te lokken, werd hij door de vergramde keizer zelfs
gedwongen vergiffenis te vragen voor zoveel stoutheid Ge
vaarlijker nog was het streven van Zieriksee dat in 1546,
onder zekere beperkingen, aandeel kreeg in de overslag der
Franse wijnen, wat echter spoedig daarna werd verzacht.
Voor en na echter bleef, dank zij haar ligging en betekenis,
de Arnestad het doel van misschien dan niet alle, maar dan
toch van de meeste Franse wijnschippers en wijnkooplieden.
Toch liet de stapelgedachte het stadsbestuur geen rust, en
in 1556 requestreerde het weer bij de regering, doch vermoede
lijk zonder succes. Maar kort daarop verkreeg het langs rech
terlijke weg, wat langs administratieve niet was gelukt. Een
sinds jaren hierover met Antwerpen slepend proces werd in
1559 door de Grote Raad in voor de Middelburgers gunstige
zin beslist, en rigoureus heersten zij nu over de Honte, die
met uitleggers werd bewaakt1). Uit rekeningen van de aanvoer
van westerse wijn, enige jaren nadien opgemaakt, blijkt dat
driekwart van de wijn, in de Nederlanden aangevoerd, naar
de Arnehavens werd gebracht. Maar door de gebeurtenissen
van 1572 en volgende jaren stortte heel het Middelburgse
handelssysteem in, en in de latere periode van hernieuwde
bloei had de wijnhandel er slechts ondergeschikte betekenis.
Van de stapelovereenkomsten, met vreemde „naties" geslo
ten, worde het eerst die met de Schotten vermeld, wel niet
het belangrijkst voor de Middelburgse economie, doch het
1) Toch behield de Scheldestad een belangrijke plaats in de wijnhandel.