54
damse vroedschap de wijnhandel de hoofdnering dier stad.
En in 1622 overtrof, voor het eerst, Rotterdam's aandeel in de
convooien en licenten dat van Middelburg. Sinds 1641 gaan
de Rotterdamse cijfers in belangrijke mate boven de Middel
burgse uit, maar in sommige jaren (1648, 1652) wint Middel
burg nog of staan zij gelijk (1657, 1658). En hoezeer deze
gegevens te eenzijdig zijn om hieruit afdoende conclusies te
mogen trekken, dat de Maasstad omstreeks 1660 Middelburg
definitief heeft overvleugeld is wel onloochenbaar. En behalve
Rotterdam vond het ook Amsterdam hierbij op zijn weg. In de
loop der 17e eeuw werd Zeeland, en daarmee ook Middelburg,
in vrijwel alle opzichten naar het tweede plan geschoven.
Maar vooreerst zou de energie van haar oude en nieuwe
bewoners de stad opheffen tot hernieuwde bloei.
Van de vele kooplieden en nijveren onder deze laatsten
zo bijzondere als saaiwerkers, servet- en boratwevers, en
vooral de tapijtwerkers, aan wier arbeid wij de fraaie gobelins
danken, door Jan de Maeght geweven voor de (toenmalige)
Statenzaal die ten dele al reeds voor, doch vooral na 1585
uit het Zuiden naar Middelburg kwamen1), was Balthasar
de Moucheron wel de belangrijkste. Als hoofd van een han
delshuis, waartoe ook broers en neven behoorden, was hij tot
eind 1597 te Middelburg gevestigd; toen verhuisde hij naar
Vere. Dat hij een der leidende figuren was blijkt uit de op
richting, in 1589, van het consulaat of college der kooplieden,
waarin hij 21 vakgenoten verenigde, doch dat geen lang leven
beschoren was. Zijn handel omspande bijna de gehele wereld
naar Guinea en Guyana, naar Oost-Afrika, Voor- en Oost-
Indië strekten zijn ondernemingen zich uit, en ook in het hoge
Noorden was hij werkzaam door zijn pogingen om de Noord
de weg naar Indië te vinden was hij de grondlegger van de
Nederlandse handel op de Witte zee. Ook Willem Usselincx
was, korte tijd, te Middelburg gevestigd. Daarnaast vertoon
den de autochthone kooplieden minder grootse vlucht. Ten
dele werkende voor eigen rekening, ten dele in commissie voor
koopmanshuizen in Holland o.a. voor dat van de gebroeders
Van der Meulen, van 1591 tot 1600 te Leiden gevestigd
dreven zij handel op Frankrijk en de Iberische havens, op En
geland en de Oostzee, maar toch ook al wel op Noord- en
West-Afrika en op Amerika. Een van de bekendsten van hen
is Adriaen Hendricksz. ten Haeff, die in het najaar van 1597
octrooi verzocht voor een reis naar Oost-Indië, vrijwel tegelijk
1) Van de nieuwe poorters, die Middelburg van 1580 tot 1594 inschreef,
was drie kwart vandaar herkomstig.