20
Prins ook in de overige gewesten. Het sprak dan ook wel van
zelf dat deze, in Mei Zeeland bezoekend, het eerst Vere aan
deed 19 Mei 1747 werd hij er verwelkomd. Het markiezaat
werd nu natuurlijk weer hersteld daar sinds Maurits er geen
inhuldiging was geschied werd in 1751 de gelegenheid aan
gegrepen ,,den gewenschten markgraaf met blijder harten" te
ontvangen. In Mei 1766 werd ook de laatste markies, prins
Willem V, met erepoorten en vuurwerk in zijn stad verwel
komd. De Patriotten-dagen van 1787 verliepen in de oude
Oranjestad dan ook anders dan elders. De Keezen kregen er
geen kans, en 2 Juli werden de patriotsgezinde regenten ge
vangen gezet doch spoedig, na de eed aan de Prins te hebben
afgelegd, ontslagen (afb. 5). Plundering had echter niet plaats.
Kort daarop werd de secretaris der stad Jacobus Ermerins, die
als schrijver der Zeeuwsche Oudheden met de kroniekschrijver
Johan van Reygersberch en Adriaen Valerius25), schrijver
van een vaderlandse geschiedenis (grotendeels) in verzen, de
trits der Veerse historici vol maakt, geremoveerd. In Februari
1795 echter keerde hij als maire terug de Patriotten hadden
ten slotte ook hier gezegevierd. Naar buiten bleek de omme
keer toen in het opschrift, dat in de pui van het stadhuis was
gebeiteld en dat luidde
Gehoorsaemheyt Godts ende der Overheyt
Weert der menschen ongeluck,
het woord Overheyt in Wetten werd veranderd.
Het economisch leven van Vere had zich na de gebeurte
nissen van 1572 en volgende jaren spoedig hersteld. De visserij,
die door de Opstand een veer gelaten had, herleefde niet alleen
doch breidde zich uit behalve op haring, werd nu ook op
andere vis gevaren. Naast de grote, kwam nu ook de smalle
of ..cleyne visscherij", vrnl. op bot, uitgeoefend op de Vlaamse
kust en wegens het gevaar van de kant der Duinkerkers steeds
sterk geconvooieerd. In 1601 voeren 60 Schiedamse pinken
25) NI. de Nederlandsche Gedenckclanck. Valerius was er notaris en
ontvanger der convooien en licenten, en heeft ook als burgemeester enz.
gefungeerd. Van de rederijkerskamer, in 1530 uit twee verenigd, en die
in 1786 nog bestond is hij, evenals daarna Cornelis Udemans, een der
belangrijkste leden geweest. In dit verband worde ook vermeld, dat te
Vere van 1580 tot 1720 een Latijnse school heeft bestaan (zie dr. H. W.
Fortgens, De Latijnsche scholen te Veere en te Arnemuiden (Archief
Zeeuwsch Gen. 19441945 p. 51 vlg.in 1605 gevestigd in het huis,
daarvóór door De Moucheron bewoond.