IV
30
VLISSINGEN
HET MIDDELEEUWSE VLISSINGEN
(13e16e eeuw)
Het moet voor een vreemdeling, die met de geschiedenis
ervan niet vertrouwd is en wien het uitwendig aspect uiterst
modern aandoet een wonderlijke ervaring zijn te vernemen,
dat de oorsprong van Vlissingen moet worden gezocht in dat
jongste deel der stad, waar uiterlijk niets aan het verleden,
laat staan aan een enigszins ver verleden, herinnert. En toch
is dit zo. Het Oud-Vlissingen, waar heer Wisse van Koude-
kerke een ..steenhuus" deed bouwen, dat hij in 1264 aan gravin
Aleidis opdroeg de Kasteelstraat bewaart daaraan de her
innering strekte zich daar uit, waar in de laatste halve eeuw
een nieuw Vlissingen zich heeft ontwikkeld, het terrein van
Badhuisweg en Villapark. En door een merkwaardige cirkel
gang der geschiedkundige ontwikkeling schijnt dit thans voor
bestemd het middelpunt te worden van een nieuw en herlevend
Vlissingen. Worden de plannen verwezenlijkt, door het ener
gieke gemeentebestuur ontworpen, dan zal in de toekomst het
nieuwe stadhuis worden gebouwd ongeveer op de plaats, waar
eens de oorsprong der stad. het bovengenoemde steenhuus,
zich verhief.
Over de naam der stad hebben vroegere ..geleerden" de
meest wonderlijke woordverklaringen gedebiteerd herinnerd
worde slechts aan de fameuse fles van de H. Willibrord, reeds
door Boxhorn als ..vermaekelijck poppegoet" naar de kinder
kamer verwezen, doch op grond dezer wijsheid in het wapen
van Vlissingen overgegaan doch ook hier zoekt de moderne
wetenschap in een persoon de afleiding van de naam niet de
grote zwerver Ulysses, zoals de ouden wilden, doch een
overigens volkomen onbekende heer Flisso moet de naamgever
der Scheldestad zijn geweest. Eerst in 1247 maken wij met
haar embryo in de oorkonden kennis toen ..Vlissinghe" werd
vermeld onder de appenditia van het reeds in de Karolingische
tijd voorkomende Souburg. Dat oude Vlissingen echter strekte
zich verder uit dan hetgeen daar ter plaatse thans over is
vóór het hotel Britannia, vlak aan zee gelegen, lag oorspron
kelijk een groot stuk ervan, dat in 1331 nog aanwezig was,
