38
niet uit. Wild geworden op het gerucht, dat de even gevreesde
als gehate Spaanse soldaten het Waalse garnizoen zouden
komen versterken, aangemoedigd door het succes, door de
Watergeuzen in Den Briel behaald, geleid door mannen als
Jan van Cuyck, agent van de Prins van Oranje, en de zee
kapiteins Ewout Pietersz. Worst en Jan de Moor, vloog de
bevolking op de eerste Paasdag (6 April) 1572 te wapen. Zij
opende het vuur op de schepen, die de nieuwe troepen naar
Vlissingen moesten brengen en verhinderde hen te landen
de halfvoltooide citadel, symbool der dwingelandij, werd af
gebroken. Vier kapiteins namen het voorlopig bewind in han
den. Zij verklaarden tegenover de gouverneur de stad voor
de Koning te willen bewaren, doch weigerden hardnekkig de
Spaanse soldaten in te nemen. En toen de Watergeuzen uit
Den Briel naar Vlissingen kwamen om hulp te verlenen
ook naar steun van Engeland zag men uit werd het Waalse
garnizoen de 13e April uit de stad verdreven op dezelfde dag
zal de Prinsenvlag van de toren hebben gewaaid13). Eerst
op 16 April berichtte Alva, teleurgesteld in de verwachting
Vlissingen te heroveren, het verlies van beide zeesteden aan
zijn koninklijke meester. En wel mocht de landvoogd zich op
het vernemen der tijding de hoofdharen uitrukken, gelijk een
Engels tijdgenoot vermeldt. Want onberekenbaar waren de
gevolgen van Vlissingens bevrijding. Zowel voor de stad zelf
als ook voor heel het land De Schelde, de slagader van het
verkeer met de Zuidelijke Nederlanden, werd nu eerst recht
toegekurkt, de Spanjaarden tot een enorme krachtsinspanning
genoopt en tot de strijd gedwongen op een element, dat het
hunne niet was en waar de Geuzen hen ten enenmale de baas
waren. Op de uiteindelijke afloop van de worsteling met Spanje
heeft dus de dood der in deze strijd gevallen eenvoudige
schippers en vissers van de Scheldestad mede een beslissende
invloed gehad. Maar niet minder belangrijk waren de gevolgen
voor Vlissingen zelf een nieuwe periode in zijn geschiedenis,
rijker en belangwekkender dan de middeleeuwse, brak aan.
VLISSINGENS BLOEIPERIODE
(17e en 18e eeuw)
Toen na een hardnekkige strijd, waaraan ook de Vlissingers
een belangrijk aandeel hebben gehad, Middelburg in Februari
13) Echter werd in de kerk eerst 28 September gereformeerd gepreekt,
en pas in 1574 werd een vaste predikant aangesteld.