45 aangebracht. De Engelse natie, die zoals wij reeds zagen nauwe betrekkingen met de Scheldestad onderhield, had daar eveneens een dergelijke waarnemer harer belangen. Ook het Iberisch schiereiland trok de ondernemende Vlis- singers aan. Van Lissabon brachten zij in het bijzonder suiker uit de Portugese kolonies uit Spanje, waarheen o.a. Frans lijnwaad werd gebracht, vooral wol. Doch dit Iberische verkeer was ook voor hen springplank tot wijder vlucht. Barbarije was hun naaste doel, doch ook later gingen vaak Vlissingse sche pen daarheen. De Ruyter heeft in de jaren, dat hij als koop vaardijkapitein voor het huis Lampsins voer, nl. tussen 1640 en 1652, dit land Sale! herhaaldelijk en met gewin bezocht. De facteur van de keizer van Marokko, Pallache, was in 1611 en 1612 meermalen te Vlissingen voor handelszaken. Ook verderop in Afrika drongen de Vlissingers door. Argijn werd, in 1633, voor zeven jaar aan A. van Pere28) door de W.I.C. in exploitatie gegeven (er werd zout gewonnen en vis gevangen); ook Senegal, vanwaar zij gom, en Guinee, van waar zij huiden, struisveren, olifantstanden en goud brachten, werden door hen bezocht. Maar ook met Amerika kwamen zij, reeds vóór 1600, in contact. Jan Lambrechtse Gooien, om streeks dat jaar de voornaamste figuur in de Vlissingse han delswereld, volgens zijn grafschrift „inter primos orientalis Indiae majores, occidentalis autem Guineae Novaeque Terrae investigatores itidem inter primos" 2»), had in 1598 deel in de „voyagie" naar Guinee en in de eerste tochten naar Guyana, Vlissingse schepen, met een zeer internationale bemanning overigens, worden reeds in 1596 vermeld bij de Bastimentos- eilanden (bij Panama); volgens De Laet hadden, in 1598 en 1599, de Vlissingers in Guyana een volksplanting gevestigd en waren er daar twee forten door hen gebouwd, Oranje en Nassau genaamd, die niet lang daarna door de vijand zijn ver nield. En zoals van alle Nederlandse gewesten Zeeland naar verhouding het meeste aandeel heeft gehad in de Westindische handel en scheepvaart, hetzij naar West-Afrika en Amerika afzonderlijk, hetzij als driehoeksreizen, was van de Zeeuwse steden Vlissingen de plaats, die zo niet ten aanzien van die handel, dan toch stellig van de kolonisatie in die streken de meeste betekenis vertoont. De patroonskolonie heeft zich vooral 28) Hij wordt in de stukken meestal harnekkig Van Peres genoemd, doch tekende zelf Van Pere. 29) Vrij vertaald Onder de eerste bewindhebbers der O.I.C., en evenzeer onder de eerste ontdekkers van het westelijk Guinea en van de Nieuwe Wereld.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1955 | | pagina 69