47
in samenwerking met zijn stadgenoot Jan Mertsen of Meersen,
te koloniseren, aanvankelijk niet zonder succes, doch enige jaren
later hadden de Spanjaarden zich meester gemaakt van het
eiland, dat de Vlissingers Nieuw-Walcheren hadden genoemd;
in 1637 werd zijn vestiging, waarvan zijn zoon Cornelis com
mandeur was, verwoest. Terwijl ook de hertog van Koerland er
sinds 1642 aanspraken op deed gelden, rustten de heren Lamp-
sins in 1654 een expeditie uit, en kregen in 1655 van de
Staten-Generaal octrooi voor de kolonisatie van Tobago.
De Nederlanders wisten zich tijdens de gebondenheid van de
hertog in Baltische verwikkelingen van het reeds door hem
gebouwde fort meester te maken en ondanks jarenlang proce
deren moest deze, die zich met de Engelsen in verbinding had
gesteld, tenslotte, in 1671, de eigendom van de Lampsins, die
door Frankrijk werden gesteund, erkennen. Inmiddels was
Cornelis Lampsins33), in 1662, door Lodewijk XIV tot baron
van Tobago verheven. Als Zeeuwse patroonskolonie beleefde
het eiland zekere bloei, vooral door de suikerplantages, al leed
het sterk onder de oorlog eerst veroverd door de Engelsen,
daarna in 1666 door de Fransen, terwijl in 1672 de Engelsen
zich weer van het eiland meester maakten. Teruggegeven in
1674, ging Tobago echter voor het huis Lampsins in 1676
verloren toen het aan de Admiraliteit van Amsterdam werd
overgedaan. Reeds in 1677 werd het weer door de Fransen
veroverd later kwam het voor goed aan Engeland.
Ook voor Essequebo, later Nova Zelandia geheten, heeft
Vlissingen betekenis gehad. Het was al in 1615 door Zeeuwen
bezocht en in 1626 door hen gekoloniseerd ook hier was
Jan de Moor, gesecondeerd door de Middelburgs-Londense
Courtens, actief, en was Van Pere mede van de partij. In 1632
echter werd de kolonie onder rechtstreeks beheerder der Kamer
Zeeland gesteld. In 1657, toen de W.I.C., verzwakt door het
verlies van Brazilië, deze vestiging los liet, werden de steden
Middelburg (met twee), Vlissingen en Vere (ieder met één
stem) met het beheer ervan belast. Tot 1669 duurde dit ver
band toen gaven de steden de leiding der kolonie, die in 1666
veel van de Engelsen had geleden, terug. Tot Vlissingens
bloei in de Gouden Eeuw, en ook nog wel in de volgende,
heeft deze kolonie, rijk aan suiker, stellig bijgedragen. Ook de
overige Antillen Guadeloupe, Martinique, Sint-Christoffel,
33) Deze heeft in 1641, in klassieke vormen, een fraaie woning aan de
Nieuwendijk laten bouwen, die nog (het gebouw van het Loodswezen)
bestaat.