63
als aan zee gelegen haven z.i. de beste kansen bood voor de
grote schepen, waarmee hij de vaart wilde onderhouden. Ver
voer van landverhuizers was daarbij een belangrijk onderdeel.
Maar de noodzakelijke inrichtingen ontbraken hier ten enen
male en Rotterdam, dat zijn gunstiger ligging voor had, snoepte
Vlissingen deze verbinding af in 1873 kwam niet aan de
Schelde, doch aan de Maas de Holland-Amerika-Lijn tot stand.
Meer succes had het initiatief van Prins Hendrik, de broeder
des Konings. Met steun der Kon. Ned. Stoomboot Maatschappij
wist hij in 1875 de Stoomvaartmaatschappij Zeeland in het
leven te roepen, die, later in samenwerking met de Staats
spoorwegen, het personen- en postverkeer tussen Engeland 51
en het Continent eerst in concurrentie, later in samenwerking
met de te Rotterdam gevestigde Harwichlijn heeft verzorgd.
Arie Smit stichtte in hetzelfde jaar te Vlissingen een scheeps
werf, die de oude Dokhaven in gebruik kreeg, spoedig grote
vlucht nam en zich tot een der grootste scheepsbouwwerven
des lands heeft ontwikkeld. In 1883 werd de Maatschappij
zelfs met de exploitatie der haven belast, doch haar plan een
deel van het scheepvaartverkeer naar Oost-Indië naar de
Schelde te trekken de droom van het groots verleden laat
Vlissingen niet los stiet op heftige tegenstand van Rot
terdam. In onze tijd heeft „De Schelde", die tal van schepen
voor de Indische rederijen en de Marine heeft afgeleverd, zich
onder invloed van crisis en oorlogsbehoeften ook op de bouw
van bruggen en vliegtuigen toegelegd. Kort voor het uitbreken
van de tweede wereldoorlog had zij ruim 3000 mensen in
dienst laatstelijk bijna 4000 en was voor Vlissingen en
omgeving van het grootste belang. Door haar aantrekkings
kracht ging het bevolkingsgetal der stad geregeld vooruit van
10050 in 1880 steeg het tot 23000 in 1940. Tevens echter doen
deze cijfers begrijpen, hoe eenzijdig de Vlissingse welvaart is
gebaseerd ongeveer 2/3 der industriële bevolking is in dit
bedrijf werkzaam en in tijden van crisis en depressie heeft
de stad dit maar al te zeer ondervonden. Naast deze beide
ondernemingen heeft de jongere badplaats-bedrijvigheid 52
economie van het moderne Vlissingen gekarakteriseerd. Het
loodswezen boven genoemd en de vestiging van een deel
51) Reeds in 1847 had de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij het
tot stand komen ener stoomvaartverbinding met Engeland bepleit in het
belang van afzet van landbouwproducten men beoogde toen afvaart van
Zuid-Beveland.
52) In 1883 heeft de gemeente het badhuis aangekochthet Grand
Hotel des Bains, het latere Britannia, werd in 1886 geopend.