72 stelling voor de studie. Dit blijkt wel uit het grote aantal jonge mensen, dat elders ging studeren. Onder de 400 Zeeuwse studenten bv., die in Keulen studeerden gedurende de eerste tachtig jaar van het bestaan van de universiteit aldaar ge sticht 1388), waren niet minder dan 169 uit Zieriksee af komstig 3). Zo kwam er onder de 300 Zeeuwse studenten, die Leuven in de eerste 25 jaar (dus na 1426) bezochten, een groot aantal uit Zieriksee, en wel 35, tegen bv. 23 uit Middelburg3). Ook in de naamlijst van priesters, die in het bisdom Utrecht van 1505 tot 1518 4gewijd zijn, vindt men er 85, afkomstig uit Zieriksee, van wie er 25 magistri zijn, tegen Middelburg 25 en Vlissingen 8. Naast Middelburg en Sandenburg was in de eerste helft der 16de eeuw ook Zieriksee een centrum van humanistische wetenschap. Dit is natuurlijk ook van invloed geweest op het onderwijs. Inderdaad zien wij een humanist, Wilhelmus Saga rus (Willem Janse Sagher) 5), aan het hoofd van de Grote School, die zich ontwikkeld moet hebben uit een eenvoudige stadsschool. De Grote School was een gepriviligieerde stede lijke onderwijsinstelling, waar aan jongens van 7 tot 15 jaar onderwijs gegeven werd in Latijn, logica en zang, en die in alle plaatsen van wat meer betekenis te vinden is. Sagarus had in Leuven gestudeerd en was in het bezit van de graad van magister artium, die hij aldaar in 1510 onder de bekende Zeeuwse humanist Hadrianus Barlandus verworven had. Bo vendien was hij sinds 1521 pensionaris van de stad, totdat hij in 1533 naar Leeuwarden vertrok, waar hij raadsheer werd in het hof van Friesland. Een van zijn opvolgers was Paschasius Oenius Passchier Oens) (15421569), die van ketterij ver dacht werd. De vicaris van de bisschop van Middelburg eiste zijn afzetting, waaraan de magistraat slechts schoorvoetend gevolg gaf (1569). Hij werd opgevolgd door zekere Goossen (15691577), over wie niets naders bekend is. Na de doorvoering van de Hervorming traden in Zieriksee uiteraard slechts Gereformeerde rectoren op, evenals dat elders in de Republiek het geval was. Ook werd er spoedig (1580) een college van curatoren ingesteld, die hier aanvankelijk scholas ters heetten. De eerste rector was een zekere Bartholomeus 15771590). Omstreeks 1590 fungeerde Theodorus 3) P. J. Meertens, Letterkundig leven in Zeeland in de 16de en de eerste helft van de 17e eeuw (1943), p. 50. 4) Uitgegeven door G. Brom (Archief Aartsbisdom Utrecht XXIII (1896). p. 398—471, en XXIV (1897), p. 1—40. 5) Meertens, I.e., p. 38.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1955 | | pagina 96