XIII publikaties en opgravingen in het verslagjaar nieuwe impulsen gekregen. Mevrouw A. Hondius-C'rone, over wier activiteit ik reeds in 1954 bericht heb, heeft in haar thans verschenen boek The temple of Nehalennia at Domburg een rijk geïllustreerde docu mentatie gegeven van alle Provinciaal-Romeinse sculptuur, die te Domburg en omgeving sedert 1647 gevonden is, en van de desbetreffende originele berichten. Op sommige punten heeft zij de vermoedelijke betekenis der vondsten in het licht gesteld. Dr. J. E. A. Th. Bogaers heeft in de inleiding van zijn te Nijmegen verdedigd proefschrift, getiteld De Gallo-Romeinse tempels te Eist in de Over-Betuwe, de vondstberichten over het heiligdom te Domburg aan een kritisch onderzoek onder worpen. Zulke analytische onderzoekingen moeten de grondslag vormen voor een voortgezette bestudering der vele vraag stukken, die Nehalennia ons nog voorlegt. Want de opschrif ten der altaarstenen bleven nog onbestudeerd, terwijl over de stijl door verschillende auteurs slechts losse opmerkingen ge maakt zijn. De altaarstenen mogen dan door stijl en opschriften typisch Provinciaal-Romeins zijn, d.w.z. een versmelting van Romeinse met plaatselijk inheemse elementen, de godin moet reeds in een vroeger tijdperk hier of elders vereerd zijn. Dat haar oorspronkelijke vereerders Kelten geweest zouden zijn, wordt met evenveel nadruk verdedigd als dat het Germanen waren. Liever dan de ietwat dogmatische en voor verschillende uitleg vatbare vraag Kelten of Germanen zou ik het probleem geografisch willen stellen is de oorsprong van dit godsdien stig element en zijn belijders in het stroomgebied van de Rijn, in België en Frankrijk, of nog elders te zoeken en in hoeverre hebben wij met een autochtone ontwikkeling te maken Be antwoording dezer vragen zou conclusies toelaten over de toenmalige bevolking van Walcheren. Intussen is noch het Romeinse aardewerk, dat in de gehele westelijke helft van Zeeland gevonden is, noch het oudere en gelijktijdige inheemse beschreven, vergeleken en gedateerd. Te Aardenburg heeft men, voor het eerst in Zeeland, ge-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1956 | | pagina 11