4 delburg, werd glansrijk afgeslagen. Wij vinden dit alles breed voerig beschreven bij Melis Stoke, die niet minder dan twee van de tien boeken van zijn Rijmkroniek (6891305) wijdt aan de belegeringen van Zieriksee, die hij waarschijnlijk als ooggetuige heeft meebeleefd. Bij de wapenstilstand, die Willem van Henegouwen als oudste zoon en plaatsvervanger van Jan II sloot, werden alle eilanden tot aan de Maas afgestaan aan Gui van Namen, een zoon van de Vlaamse graaf, met uitzondering van Willems hoofdkwartier Zieriksee, dat echter niet verder versterkt mocht worden. Toen in het voorjaar van 1304 de wapenstilstand afliep, trachtte een Hollands-Utrechtse vloot de Vlamingen terug te drijven. Deze poging eindigde 20 maart met een smadelijke nederlaag op Duiveland, die o.a, aan bisschop Gui van Utrecht, de broeder van Jan II, de vrijheid kostte. Daarop volgt de bliksemsnelle overweldiging van Holland, pas bij Haarlem tot staan gebracht door Witte van Haamstede, die uit Zieriksee was komen aansnellen1). Voor deze stad moest het benauwdste ogenblik nog komen, aangezien Gui van Namen een ernstige poging ondernam om het weerbarstige kraaienest te bemachtigen en zodoende Zeeland voor zich te behouden. Dit is dan het beroemde beleg, dat ruim drie maanden heeft geduurd. De Vlamingen wendden alle middelen van de toenmalige oorlogstechniek aan belege ringsgeschut in de vorm van blijden, verder katten, evenhogen (belegeringstorens) en verplaatsbare bruggen. Zij hadden een dam over de haven geworpen en de gracht op 17 plaatsen gedempt. De poorters betaalden echter met gelijke munt „meester Lammin die blidemakere", die in 1304 als poorter werd ingeschreven, zal voor het materiaal gezorgd hebben en sloegen alle stormaanvallen af, wakker bijgestaan door hun vrouwen, die branden blusten en stenen naar de muur sleepten. Daarop besloot Gui de stad te bedwingen door uit hongering en hij bracht het inderdaad zover, dat aan het vee riet van de daken en stro van de bedden moest worden voorgezet. Toen de nood het hoogst geklommen was. naderde uitkomst in de vorm van een Franse vloot onder admiraal Grimaldi, die te Schiedam Hollandse troepen onder persoonlijk bevel van Willem van Henegouwen, die vóór het beleg Zieriksee ver- 1Volgens F. W. N. Hugenholtz, Historie en historiografie van de slag aan het Manpad (1304), in Jaarboek van de Maatschappij der Ned. Letterkunde 19531955, heeft deze slag nooit plaats gevonden en wordt de betekenis van het optreden van Witte gewoonlijk sterk overdreven.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1956 | | pagina 22