7
ming kon stellen, blijkt uit het keurboek van 1429 en de ordon
nantie van 1435, die de invoer van vreemde lakens verbieden.
Stoffen, die voor heruitvoer naar Noorwegen, Pruisen en
elders bestemd zijn, mogen alleen binnenkomen mits zij ,,in
coorden besleghen" blijven. Hoogstens mogen ze hier geverfd,
geschoren of gerekt worden. Het verven schijnt een Zie-
rikseese specialiteit geweest te zijn, die allicht steunde op de
meekrapcultuur, In de 16e eeuw waren van deze nijverheid
enkel nog „voetstappen ofte littekens" overgebleven1). Het
stadsbestuur weet dit aan een zwak beleid en ontwierp uit
voerige ordonnanties voor de drapeniers, de wollewevers, de
vollers en de scheerders (1530 en 1531), later nog herhaalde
lijk aangevuld, zodat wij toch wel enige herleving moeten
aannemen. In 1582 worden enkele Vlaamse drapeniers toe
gelaten.
Het bovenstaande geeft meteen al een indruk van het han
delsgebied der stad, dat ook verband houdt met de visserij
van haring, die eveneens al vroeg, naar men zegt sinds 1300,
tot bloei gekomen is. In 1355 benoemt Zieriksee een voogd
der Hollanders, Zeeuwen en Friezen op het schiereiland van
Skanör en Falsterbo aan de oostelijke oever van de Sont in de
provincie Schonen, waar het in de zomer wemelde van
haringvissers en kooplieden. In 1368 krijgt Zieriksee van
koning Albert van Zweden een soortgelijk privilege als Am
sterdam, Den Briel, Kampen, Elburg en andere steden om
een „vitte" (kuststrook aan de Sont) te bezetten onder eigen
bestuur en eigen rechtspraak met een herberg, waarin mede,
wijn en bier belastingvrij getapt mochten worden en waar
lakenhandelaars, schoenmakers, kramers en slagers hun bedrijf
zonder lasten mochten uitoefenen. Ook de uitvoer van haring
door de Sont was vrij van tol. In datzelfde jaar brachten 96
Zierikseese vaartuigen uit de Oostzee voor een waarde van
meer dan een miljoen gulden naar huis en het volgende jaar
83 schepen voor ruim 9 ton. Amsterdam, dat op zijn beurt
ver achter bleef bij Kampen, zond in dezelfde jaren bijna
dubbel zoveel schepen naar de Oostzee, doch Dordrecht
slechts tweederde. Ook Zieriksee behoort tot de onderteke
naars van de vrede van Straalsund met koning Waldemar van
Denemarken, hoewel het geen lid was van de Hanze. Van
1368 tot 1371 liet de stad zich regelmatig vertegenwoordigen
op de Hanzedagen, meestal door haar „voogd" op Schonen.
In de haven van Danzig werden de Zierikseese schippers vaak
1) Ordonnantie lakendraperie 3 febr. 1531. Rijksarchief in Zeeland,
hss.-verzameling nr. 1146.