57 noemen. Over buren droeg men zes weken en over ooms en tantes, neven en nichten drie maanden lichte rouw, maar dit gebruik is geheel verdwenen. Wanneer men in de rouw is draagt men zwarte doek en beuk aan het collier zes rijen granaten, met de granaten zeuge onder de kin terwijl men in plaats van gouden kroonspelden, met goud versierde rouw- spelden draagt, waarvan de knop een gefacetteerde zwarte steen is (afb. 13 midden rechts). Kanten mutsen werden vroe ger in de zware rouw niet gedragen dan waren de mutsen van effen wit batist. Mannen droegen dan een zwarte halsdoek. 2. DE DRACHT DER KATHOLIEKEN Hoewel wij talrijke 18e-eeuwse boedelbeschrijvingen hebben geraadpleegd uit plaatsen met een toen reeds uitgesproken Katholieke bevolking, is ons daarbij van een katholiek karakter niets gebleken i). Nimmer troffen wij ook voorwerpen aan die op de Katholieke religie wijzen vermeldingen van crucifix, missalen en rozenkransen ontbreken ten enenmale, terwijl toch de beschrijvingen meestal de gehele inventaris bevatten en een uiterst volledige opsomming geven van alle voorwerpen, welke in het sterfhuis werden aangetroffen. Aangezien verder ook geen persoonlijke mededelingen tot ons gekomen zijn, zullen wij bij de beschrijving van dit costuum niet verder kunnen teruggaan dan tot ongeveer 1850. Het zou interessant zijn te weten, of inderdaad vóór omstreeks het midden der 19e eeuw van verschil tussen de Katholieke en Protestantse dracht geen sprake is geweest en of het verschil geleidelijk dan wel plot seling is ontstaan. Het feit, dat de kleding in hoofdzaak aan elkaar gelijk is. wijst er o.i. op dat inderdaad het verschil niet zeer oud kan zijn2). Het meest opvallend verschil tussen de Katholieke en Pro testantse drachten is waar te nemen bij de vrouwendracht, en wel in de opmaak van de mutsen. In niet opgemaakte toestand is dit verschil veel geringer, gelijk wij nog nader zullen zien. A. De mannendracht De kleding van de Rooms-Katholieke boer van Zuid-Beve land verschilt weinig met die van de overige Zeeuwse mannen- dracht. Er zijn enkele verschillen, die aan ingewijden direct 1Kan het bovenstaande misschien verband houden met het feit dat de Katholieken ten tijde van de Republiek hierin niet vrij waren, zodat verschil eerst na hun emancipatie (1795), dus praktisch in de 19e eeuw, kon ontstaan 2) Over de tijd van ontstaan der differentiatie hopen wij nog meer gegevens te kunnen verzamelen en te zijner tijd bekend te maken.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1956 | | pagina 95