38 Nadat de Prins tot stadhouder enz. was benoemd (28 april) keerde de rust spoedig terug. Vrees voor de Fransen had bij deze beroeringen een grote rol gespeeld, en toen in het najaar Bergen-op-Zoom in hun handen was gevallen, ontvluchtten niet alleen de burgers, doch ook de regenten en officianten het bedreigde Tolen. Inmiddels was het herstel der fortificatiën ter hand genomen, en zelfs werd tot uitbreiding ervan overgegaan, doch door het sluiten van de vrede in 1748 werd dat niet voltooid. De spanningen van de Patriottentijd gingen ook aan Tolen niet voorbij. Zij ontlaadden zich 19 sept. 1787 op enigszins vreemde wijze het garnizoen sloeg aan het muiten en plun derde de huizen der Patriotten Een groot aantal huizen werd „geramponeert", maar toen de blijkbaar uitzinnig geworden bende de volgende dag de stad op vier plaatsen in brand dreigde te steken, kon dit onheil nog juist bijtijds worden voorkomen doordat in allerijl een detachement Zwitsers uit Bergen-op-Zoom binnen Tolen werd gebracht. 1795 en vol gende jaren verliepen hier als elders de afwikkeling van de Franse tijd geschiedde hier ook, als overal in Zeeland, ten gevolge van de bevrijding door de Engelsen. Op 22 nov. 1813 werden 's nachts briefjes aangeplakt, onaangenaam voor de Fransen; de maire Wagtho waarschuwde tegen overijlde daden. Drie weken later eindelijk waren de Fransen in aftocht, en de 16e december kwamen Engelse troepen via Steenbergen binnen Tolen, dat inmiddels ook al via Stavenisse was bereikt. De 12e had zich een voorlopige regering gevormd, de 23e december bezocht onder grote geestdrift der bevolking de erfprins de stad. En daar de Fransen Bergen-op-Zoom nog bezet hielden, werd de stelling-Tolen nog eenmaal, en nu voor het laatst, opnieuw in staat van tegenweer gebracht. De 19e eeuw verliep voor Tolen zonder emotie's. De bevol king, die blijkens een kohier der huizen uit 1738 (363) nog geen 2000 zielen had bedragen, en in 1798 het getal van 1919 beliep, wies in de loop der tijden gestadig aan om in 1956 met 3316 inwoners haar voorlopig hoogtepunt te bereiken. Als hoofd plaats en voornaamste afvoerhaven van het landbouwende eiland beleefde Tolen in deze periode zekere bloei. Tussen 1820 en 1830 ontwikkelde zich een grote aardappelexport naar Rot terdam en Antwerpen, na 1830 meest naar Rotterdam en Dor drecht. In de tweede helft der eeuw kwam daarnaast visserij t), 1) In de 18e eeuw nam Toien deel in de zgn. weervisserij in „het verdronken land", in concurrentie met die van Bergen-op-Zoom, waar over herhaaldelijk geschillen rezen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1957 | | pagina 60