XI 1 paar rouwspelden met goud, behorende tot het Noordbeve- lands costuum 1 bloedkoralen halssnoer met een opengewerkte ton, even eens behorende tot de Noordbevelandse dracht. In beide vertrekken, waarin de klederdrachten zijn opge steld, werden nadere voorzieningen getroffen met betrekking tot het weren van het daglicht buiten de uren, dat de verzame ling te bezichtigen is. Enkele jaren geleden werden als voor lopige maatregel blauwpapieren gordijnen aangebracht, die minder doelmatig bleken te zijn, zodat wij hebben gemeend deze thans te moeten vervangen door blauw lancaster, nu dit weer voorhanden is. Van de conservator van het Munt - en penningka binet is de mondelinge mededeling ingekomen, dat van aanwinsten geen melding kan worden gemaakt. Ten aanzien van de afdeling Schilderijen valt van aanwinsten nog geen melding te maken. Het rijk stelde een subsidie beschikbaar waaruit een zevental schilderijen werd gerestaureerd door de heer Van Bohemen. De stukken keer den aanmerkelijk verbeterd terug onbekende ontdekkingen t.a.v. auteur en dergelijke deden zich niet voor1). De conservator van het Kabinet van Natuurlijke Historie deelt het volgende mede De kennis van de geologische bouw van Zeeland berust in eerste instantie op de onderzoekingen van dr. H. F. Seelheim, die van 1865 tot 1878 leraar in de scheikunde aan de Rijks H.B.S. te Middelburg was. Later heeft vooral de aanleg van waterleidingen in Zeeland aanleiding gegeven de onderzoe kingen voort te zetten. Dr. J. F. Steenhuis heeft in 1925 in de Verslagen en Mededeelingen betreffende de Volksgezondheid 1) Ten onrechte werd Archief 1954 p. XI vermeld, dat bij herstel van het pastelportret van dr. D. H. Gallandat de signatuur A. Schouman, 1759, te voorschijn zou zijn gekomen. Nadere bestudering leverde slechts op: au fecit 22 mars 1759.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1957 | | pagina 9