13 jonge handelsplaats Deventer een kerk49). Een kerk op Wal cheren zoekt men ook daarom in de handelsplaats bij Domburg. Dat deze nederzetting de naam Walcheren droeg, was reeds in 1952 de mening van Van der Feen. Hij voert hiervoor een argument aan, dat op zichzelf al waardevol kan worden ge noemd, waar hij vaststelt ,,van de 5e tot de 8e eeuw is het begravingscentrum aan de N.W.-kust het enige bewijs van bewoning op Walcheren, dat wij kennen, terwijl er bodem- kundige aanwijzingen zijn van een transgressie tenminste ge durende een deel dezer periode in de rest van het eiland. Naar mijn mening heeft dat centrum in de vroege middel eeuwen Walcheren geheten en is deze naam uitgebreid tot het aangrenzende complex van kreekruggen en oude kleiplaat- gronden, toen deze in de 9e eeuw bewoonbaar werden"50). Er was dus in de 8e eeuw op Walcheren buiten de vermaarde handelsnederzetting nog weinig bewoning en zeker nog geen tweede nederzetting, belangrijk genoeg om kerkelijk centrum te zijn. 5. Gevolgtrekkingen Mij dunkt, dat de aangevoerde argumenten deels rustend op de opnieuw ontdekte tekst uit 776 het besluit volop wettigen, dat de al lang bekende belangrijke handelsplaats nabij het Domburgse strand Walcheren heette. Dit Walcheren was in 776 de hoofdplaats van een ambacht. De grenzen van dit ambacht vielen vermoedelijk samen met de natuurlijke grenzen, genoemd in de tekst uit 776, en welke daarin kenne lijk worden genoemd met de bedoeling het district aan te duiden, dat kerkelijk, en vermoedelijk ook anderszins, onder Walcheren ressorteerde. Het district Walcheren reikte in het oosten tot halverwege huidig Zuid-Beveland en besloeg boven dien een deel van huidig Noord-Beveland. Of men dit Wal cheren reeds een eiland kan noemen, hangt natuurlijk af van de belangrijkheid en de samenhang van de geulen, die het omringden. De tekst uit 776 zegt ook, dat er te Walcheren reeds een kerk stond, en dat deze toen door een rijk man aan de abdij van Lorsch (nabij het verre Worms) was geschonken. Uit dezelfde tekst blijkt, dat er in het ambacht Walcheren toen op niet onbelangrijke schaal zout werd gewonnen uit zee- 49) A. C. F. Koch, Die Anfange der Stadt Deventer, in Westfalische Forschungen, X (1957), blz. 167173. 50) N. 45, blz. 155.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1958 | | pagina 27