17 land van Axel. De overlevering, die in overeenkomst van namen steun vindt, wil dat dit gebied, na de inundatie van verschillende polders in eind der 16e en begin der 17e eeuw de polder Zaamslag werd in 1650 herdijkt van Wal cheren uit weder werd bevolkt. Van hieruit redenerend zou men dan de verklaring denken te vinden van het parallel gaan van Axelse en Walcherse dracht. Maar dat zou toch wel heel simplistisch geredeneerd zijn. Daargelaten dat ons onbekend is, hoe de toenmalige Walcherse/Axelse dracht er uitzag, dui delijk is toch wel dat beide in de loop der eeuwen geëvolueerd moeten zijn. Vast staat niettemin, dat reeds een eeuw geleden tussen Axelse en Walcherse vrouwendracht een opmerkelijke overeenkomst bestond x). Na 1850 hebben zich in alle drachten meerdere ingrijpende wijzigingen voorgedaan. Deze zijn onge twijfeld op elkaar geïnspireerd. Men make echter niet de gevolgtrekking van een slaafse navolging, want er zijn variaties genoeg, die uit het costuum zelf zijn voortgekomen. Variaties, die volkomen buiten de greep van de Walcherse mode lagen en het resultaat waren van een eigen smaak, die na korter of langer tijd algemeen werden en het costuum tot op heden levendig hebben gehouden. Evenmin als de andere drachten is de Axelse ontkomen aan een op de spits gedreven mode van een bepaald onderdeel welke hier culmineert in de doek, die welhaast zo groot is geworden, dat zij niet meer voor vergroting vatbaar is. Dit zien wij ook bij de Zuidbevelandse dracht in de doek, waar deze steeds breder is geworden, en in omgekeerde richting bij de Walcherse muts, die een minimale afmeting heeft gekregen. Gezien de hiervoren vermelde vermeende invloed zullen wij bij de beschrijving der onderdelen steeds, waar mogelijk, de nadruk leggen op het verband met de Walcherse dracht, ook al treden wij daarmede in herhaling. Wij doen dit met temeer vrijheid omdat wij vele onderdelen, die zich in particulier bezit of in een museum bevinden, met eigen ogen hebben aan schouwd. Bij de beschrijving van het mannencostuum zullen wij minder in herhaling treden, omdat daar niet alleen sprake is van een duidelijk verband met het Walcherse mannen costuum, maar van een bijna volkomen gelijkheid. A. Demannendracht Het huidige costuum (afb. 4) bestaat evenals het Walcherse 1Zie ook het aardige bericht hierover uit het dagboek van Koningin Victoria, die in 1852 Terneuzen bezocht, bij dr. J. Wesseling, De geschie denis van Terneuzen (1958), p. 188 vlg.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1958 | | pagina 31